Oke. dit is een hele rauwe versie. Het was een idee dat maanden in mijn hoofd heeft gezeten, maar niet op papier wilde. Het is me eindelijk gelukt, weliswaar abstract. Al het commentaar is zeer welkom.
Toekomstdroom.
Iedereen heeft het erover, en ook iedereen schijnt het te hebben. Het hangt in de lucht als een niet te omvatten spanning. Een rage, een trend. Ik vermoed dat het komt doordat het schooljaar op z’n eind loopt. Mensen in de zenuwen voor hun eindexamen, anderen juist heel ontspannen. Maar toch is er één hype waar iedereen aan meedoet: de toekomstdroom. Iedereen heeft hem. En ik niet.
Elke avond stap ik vol verwachting in mijn bed, hopend op die oh zo waardevolle droom. Maar elke ochtend word ik teleurgesteld wakker. Niets. Nakkes. Nada. Ik was overal laat mee. Van vrouwelijke vormen tot de eerste zoen. Maar dit, dit duurt te lang. Elke seconde die voorbij gaat is een stukje verloren toekomst.
Elke keer als ik op school kom is er weer een gelukkig persoon. Er gaat geen dag voorbij of ik hoor die gevreesde zin weer voorbij komen. Jaloers ben ik niet snel, maar in dit geval is jaloezie niet te ontwijken.
“Ik heb ook een toekomstdroom! Het heeft even geduurd, maar nu ben ik eruit.”
Ik luister inmiddels niet meer naar de veelbelovende verhalen van advocaten en makelaars in spé.
Maar stel nou hè, dat ik die toekomstdroom toch krijg? Iedereen krijgt een rooskleurige toekomst in de schoot geworpen, maar laat de mijne nou net een nachtmerrie zijn. Een nachtmerrie waarin ik veroordeeld ben tot afstompend fabriekswerk, deksels op appelmoespotten draaien.
Voor het slapen gaan denk ik altijd extra hard aan de droom, uit hoop dat ie me die nacht eindelijk opzoekt, maar tevergeefs. Gisteravond heb ik zelfs alle beleefdheid laten varen jegens mijn toekomstdroom. Ik heb geschreeuwd, gestampvoet, en met mijn vuisten op de muur geslagen. Ik heb een autoritaire stem opgezet en hem aangesproken op zijn afwezigheid. Ik was streng en zei dat ik dit gedrag niet meer tolereerde. Maar het bleef ijzig stil in mijn kamer.
Het eindexamen nadert, en ik stap nog elke avond verwachtingsvol in bed.
__________________
zo, dat is weer een genot voor het oog.
|