21-08-2006, 16:15
|
|
Citaat:
Marihuana wordt sinds 1611 in Amerika gekweekt. Als het niet verboden was, zou het ook nu ongetwijfeld de meest verbouwde plant in de Verenigde Staten zijn. De Amerikaanse drugswetgeving stamt uit 1903, maar marihuana is pas in 1937 op de lijst van verboden middelen geplaatst. Tot die tijd werd het algemeen gezien als een nuttig gewas, "waarvan de bloemetjes weleens door zwarten werden gerookt die er giechelig van werden en mooie muziek gingen maken." Het verbod is pas gekomen toen er grote economische belangen in het geding kwamen. Eigenlijk heeft dat verbod niets te maken met de entheogene kwaliteiten van de plant, maar met de invloed van de chemische industrie en van de papierindustrie.
"Wat is er gebeurd met het zaad dat is overgebleven van de Indiase Hennep van vorige zomer ? Het had allemaal opniew gezaaid moeten worden, zodat ik niet alleen genoeg voorraad voor mezelf gehad zou hebben, maar ook zaad aan anderen had kunnen geven, want het is waardevoller dan gewone hennep."
George Washington Brief aan zijn tuinman, 1796
Wat was er namelijk aan de hand ? In 1916 was er een nieuwe manier ontdekt om uit hennep papier te maken zonder dat daarbij iets van de plant verloren ging. Toen deze goedkope techniek in de jaren dertig geperfectioneerd was, werd hennep een gevaarlijke concurent voor de bestaande papierindustrie. Hennep is een snel groeiende plant, die zelfs in slechte klimatologische omstandigheden op arme grond, zonder kunstmest, goed wil gedijen. Als grondstof voor papier is hennep dus oneindig veel goedkoper dan hout.
De befaamde krantenmagnaat en miljardair W.R.Hearst zag zijn enorme belangen in de bosbouw ten behoeve van de papierindustrie door het snel opkomende marihuanapapier bedreigt. In dezelfde tijd verkreeg het Amerikaanse chemische concern DuPont van het Duitse (nazi-)concern I.G.Farben de licentie van een nieuw produkt: plastic. DuPont zag hiervoor grote mogelijkheden in de verpakkings- en vezel-industrie. Het probleem was alleen de concurrentie van het goedkope hennep. De directie en de bankiers van DuPont en Hearst (Die nazi-sympathieen had), maakten geheime afspraken met Harry Anslinger, de directeur van het Federal Bureau Of Narcotics. Anslinger, die 37 jaar lang de directeur was van deze voorloper van het huidige Drugs Enforcement Agency, was evenals zijn collega Edgar G. Hoover van de FBI een gestoorde man. Hij leverde in het geheim cocaine en morfine aan politici, bijvoorbeeld de beruchte communistenjager senator Joseph McCarthy, die hij vervolgens chanteerde. Anslinger haatte zwarten en jazzmuziek. In de kranten van het Hearst-concern werd een anti-marihuana-campagne gestart. Het Amerikaanse publiek werd wijsgemaakt dat je van marihuana gek kon worden en het gebruik werd in verband gebracht met verkrachtigingen en andere seksuele misdaden. De campagne was succesvol: het publiek is nu eenmaal altijd belust op sensatie en op zoek naar nieuwe vijanden. Er ontstond een opgeklopte hysterie die ermee eindigde dat marihuana door het Amerikaanse Congres in september 1937 op de lijst van verdovende middelen werd geplaatst. Het verbouwen van hennep, ook voor industriele doeleinden, werd verboden. Het plastic van DuPont nam de hennepvezelmarkt over en tot op de dag van vandaag wordt krantepapier van bomen gemaakt.
Anslinger bouwde de jacht op de kleine marihuana-roker uit tot "big business" waarin honderdduizenden ambtenaren en juristen over de hele wereld een goed belegde boterham verdienen. Politici maken gebruik van het verbod op de onschuldige plant om zich te profileren als betrouwbare verdedigers van de openbare orde. Al deze mensen en hun organisaties hebben er net zo’n groot belang bij dat het verbod gehandhaafd blijft als de dealers, de smokkelaars en de illegale kwekers.
|
bron: 'uit je bol'
__________________
do you want me to stick a bassline up your cunt?
|