Registreer FAQ Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / School & Studie / Huiswerkvragen: Exacte vakken
Reageren
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 02-10-2006, 15:30
-(L)-
Allereerst het probleem met de kubus:
Een kubus van dun blik heeft ribben van 10 cm. Een andere kubus heeft ribben van 8 cm.
De kubussen zijn beide van boven open; de wanddikte is verwaarloosbaar. De grote kubus wordt halfvol water gegooid. De kleine kubus wordt vervolgens rechtstandig omlaag in de grote kubus gedrukt.
Vraag: Hoe hoog staat het water in de kleine kubus?
Ik heb eerst uitgerekend hoeveel water er in totaal in de grote kubus zit, dit is 10 * 10 * 5 = 500 cm^3.
Het deel van de kleine kubus, dat in 't water belandt is 8 * 8 * 5 = 320 cm^3.
Hierdoor stijgt het water met 320 cm^3 boven het midden van de grote kubus uit. Er is nog 8 * 2 * 3 + 10 * 2 * 3 = 108 cm ^ 3 ruimte over voordat het water de kleine kubus in gaat lopen.
Het water dat in de kleine kubus terecht komt is 320 - 108 = 212.
Het water staat hier dus 212 / (8 * 8) = 3 5/16 cm hoog.
Klopt dit?

De driehoek
Construeer een driehoek waarvan gegeven zijn:
-De lengte van een zijde a;
-De lengte van een hoogtelijn op a; h
-De hoek tegenover a; 45 graden.

Ik ben begonnen met het tekenen van hoek a; 45 graden. Dit is de tophoek van de gelijkbenige driehoek die ik getekend heb. De bissectrise vanuit hoek a noem ik h (h komt dan dus neer op de zijde van de driehoek die zich tegenover hoek a bevindt).

Ik ga er vanuit dat ik iets over 't hoofd zie of fout doe, aangezien 't nogal makkelijk lijkt. Kan iemand me verder helpen?
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 02-10-2006, 17:24
Safe
Safe is offline
De kubus-opg lijkt me goed.

De driehoek echter niet, want de drieh behoeft niet gelijkbenig te zijn.
Weet je iets van de omtrekshoek in een cirkel?
Je moet beginnen met zijde a=BC.
Construeer het midden D van BC en richt daar een loodlijn d op.
Neem een passer en teken een cirkel met D als middelpunt en DM als straal. Deze cirkel snijdt de loodlijn d in M. (Als alles goed is gegaan, 'zie' je een 'geo-drieh' BCM, die je niet hoeft te tekenen.)
Teken de cirkel met M als middelpunt en MB als straal.
Bekijk nu alle ptn van de cirkel aan de kant van M, een punt P verbonden met BC geeft een hoek BPC van 45° (meet dit); dat is de bewuste omtrekshoek op een boog van 90°.
Nu construeer je een lijn l evenw BC op hoogte h (geg) aan de zijde van M. Deze lijn l snijdt de cirkel in max 2 ptn. Noem één van die ptn A, dan is driehoek ABC de gevraagde drieh en dus zijn er dan twee drieh mogelijk (die overigens congruent zijn). Raakt l (toevallig) de cirkel, dan is drieh ABC gelijkbenig.
Als l de cirkel niet snijdt of raakt is de constructie niet mogelijk
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 10:01.