|
Stil Water
Grijsblauwe dampen stijgen op, het is broeierig warm en de drukte van alles om mij heen benauwt mij. Ik loop naar de bar om een biertje te bestellen. Al de hele avond wil ik iets drinken, het gevoel hebben dat ik ook nog iets tot mij neem en niet alles maar uit mij lijkt te verdwijnen. Ik voel me uitgedroogd. Dagenlang regent het en is het koud, maar vandaag is het tropisch warm en smelt ik letterlijk weg. Bah.
Eenmaal bij de bar aangekomen, zie ik links van mij een oudere man zitten. Hij rookt een sigaar en heeft een tatoeage op zijn arm, met de naam "Maria" eronder geschreven. Zijn haar is grijzend en hij heeft zich niet geschoren. De hele tijd kijkt hij strak voor zich uit en lijkt iedereen te negeren. Ik vind het een apart type. De barman geeft mij een glas vol heerlijk bruisend goudkleurig bier. Ja, goudkleurig zeg ik je, zo mooi was het. Ik bewonder het glas nog even, voordat ik mijn eerste slok neem. Heerlijk!
Op de achtergrond hoor ik meisjes giechelen, allemaal gesprekken door elkaar en weliswaar moeilijk te horen, nog wat muziek. Ik probeer te raden wat het is, maar hoe hard ik mijn best ook doe, ik kom er maar niet uit. De stem komt mij bekend voor, maar de melodie is moeilijk hoorbaar, net zoals de tekst zelf. Uiteindelijk geef ik het op, het zal wel. Ik neem weer een slok en hou het even in mijn mond, voordat ik slik. Heerlijk hoe je alles proeft op je tong. Zo fris, dat had ik echt nodig.
Eigenlijk ken ik niemand hier, denk ik nog bij mezelf. Ik geniet echter teveel van mijn biertje om mij daar echt druk om te maken. Alles gaat langs mij heen voor mijn gevoel. Het is mijn schat, mijn goud, het is van mij! En ik ga door tot niemand het meer van mij af kan pakken. Nadat ik het glas leeg heb gedronken, voel ik mij ineens bekeken. Hoe kan dat ineens? Ik kijk instinctief naar links en kijk hem recht in zijn ogen. Shit! Wat moet ik nu zeggen of doen? Hij begint te grijnzen. Zuchtend van opluchting zeg ik "dat had ik even nodig" terwijl ik naar het lege glas kijk. Hij maakt een knikkende beweging met zijn hoofd en kijkt weer voor zich uit. Na ja, het zal wel. "Geef mij nog een biertje" roep ik naar de barman en ja hoor, ik heb weer de jackpot. Een glas vol vloeibaar goud.
De man naast mij staart nog steeds voor zich uit en zegt niks. "Zware dag gehad?", ik kan het niet helpen om iets tegen hem te zeggen. Weer knikt hij alleen met zijn hoofd. Wat nu? Aan de ene kant gaat het mij niks aan en moet ik hem met rust laten, aan de andere kant wil ik per se meer weten. Hij lijkt onbereikbaar, maar eigenlijk is niemand dat. Ieder mens heeft gevoelens, passies en problemen. Iedereen wil wel aandacht, de vraag is alleen wat voor soort aandacht. Opeens staat hij op en loopt richting de wc. Ik drink rustig mijn biertje, geniet nog steeds van elke slok. Hoewel het druk in de kroeg is, neemt niemand zijn kruk in, alsof iedereen weet dat hij terug zal komen en iedereen hem kent.
Na een tijdje komt hij terug. Terwijl hij naar zijn kruk loopt, zie ik dat hij een Guns and Roses t-shirt draagt. Het is een oud zwart Appetite For Destruction t-shirt, met een groot kruis op de voorkant en hoofden van de bandleden afgebeeld als schedels. De man komt weer naast mij zitten en kijkt weer voor zich uit. Ik bestel nog een biertje. En jawel, ik ben weer in de goudkleurige hemel. Voor de grap verhef ik mijn glas en zeg "Op Guns and Roses!" en neem een slok, waarna ik het glas demonstratief voor mij neerzet.
Eindelijk kijkt hij mijn kant op. Ik zie een glimlach. "23 juni 1992, ik was erbij in Rotterdam. Die gasten waren echt wild. Man, dat waren nog eens tijden!" zegt hij ineens enthousiast. 23 juni, dat hij dat nog zo precies weet. "Ik heb gehoord dat Axl toen alles op stelten zette door de menigte op te jutten ofzo?" vraag ik voorzichtig. "Ja, wanneer niet. Dat is rock and roll weet je, het boeit je gewoon geen fuck. We stonden met z'n allen af te tellen. Als om half 12 de stroom eraf was gegaan, dan hadden we echt alles afgebroken daar!". Zijn ogen leven op. Als ik hem vertel dat Axl met een nieuwe band onlangs weer in Nederland is geweest, schudt hij zijn hoofd. "Dat is toch niet meer hetzelfde, dat wordt het ook nooit meer". Weer kijkt hij even voor zich uit, maar deze keer zie je aan hem dat hij terug denkt aan die goede oude tijd. Hij kijkt vrolijk voor zich uit, wie had dat gedacht?
"Ja, tijd gaat snel" verzucht ik, terwijl ik mijn derde biertje opdrink. Ik voel me een beetje duizelig, heb nog niks gegeten en zit in deze hitte het ene glas na het andere te drinken. Hmm. "Zolang je maar terug kan kijken en het leuk hebt gehad jongen. Zolang je dat maar kan". Mijn ogen dwalen af. Ik weet niet meer wat ik moet zeggen. "Doe het maar op de rekening!" zegt hij tegen de barman, waarna hij vervolgens zijn hand even op de bar laat vallen. Hij kijkt nog even naar me, knikt zijn hoofd en loopt naar buiten.
Ik kijk een tijdje naar mijn glas. Er zit nog wat schuim in, voor de rest alleen maar lucht. En de geluiden om mij heen lijken van steeds verder weg te komen..
|