Registreer FAQ Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Kunst & Cultuur / Verhalen & Gedichten
Reageren
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 20-12-2002, 08:22
Vlooienband
Avatar van Vlooienband
Vlooienband is offline
Er is weer enige tijd verstreken sinds ik een goed verhaal heb geplaatst. Er was nog een lichte afgang met Een avondje naar de bioscoop, maar dat is er om te vergeten. Voorlopig is dit het laatste verhaal, daar ik hoogstwaarschijnlijk op vakantie ga.
Na wat successen met het voordragen van Kerkdienst in een klein dorpje, beide keren op school gehouden, de een bij een CKV-eindopdracht en de ander bij een open podium, heb ik hier Een autoctiorieel perspectief. Maak kennis met de macht van schrijvers.

nb: ik weet dat ik het mannelijke woord schrijver in mijn verhaal gebruik. Dat is toepasselijk.





Een auctoriaal perspectief



Rizz wandelt rustig over de stoep. Hij telt de straattegels; niet één, niet twee, maar zelfs drie tegels ziet hij in het mulle zand liggen. U vraagt zich nu natuurlijk dingen af zoals waarom er zo’n belachelijk grote hoeveelheid straattegels ligt, waarom deze jongeman rustig op stoep loopt en waarom het verhaal überhaupt met een wandelende jongeman begint. Laat mij het U uitleggen. Vroeger, vele decennia geleden, was de wereld anders. Er bestond feminisme, de vrouwen werden ontboden op leerinstituten en moesten werken, zodat zij de seksuele behoeften van hun man niet konden vervullen. Er bestond een leger, waaraan deelname niet verplicht was. De wereld bestond uit chaos. Ik zal U, lieve lezer, daar geen verdere angst mee aanjagen.

Onze geliefde hoofdpersoon heeft net een akelig voorval achter de rug. Zijn hoofdvrouw, waarvan gezegd werd dat ze uit een goede familie kwam, heeft zich misdragen. Ze heeft, hoe schandalig het ook is, een eigen mening gevormd. Ons slachtoffer in spé draagt de naam Vijfhonderdelf. Eer wij onze aandacht aan de zondige slet gaan besteden, wenden wij ons tot Rizz, voor een onderhoudende dialoog.
“Dag Rizz. Hoe maakt u het?”Vragen wij onze wandelende makker. “Ah, waarde schrijver! U weet zelf dondersgoed hoe het met me gaat, daar ik Uw creatie ben.”Antwoordt Rizz, ons licht in het leven. Pretlichtjes verschijnen in zijn ogen, hij begint te denken aan alle fijne dingen die hij weldra met zijn mannelijke maat gaat doen en aan de moord die zij zullen begaan...
We vervolgen de dialoog met Rizz en babbelen eventjes over het zondige gedrag van Vijfhonderdelf, over hoe goed zijn zoontjes het op hun werk doen en hoe goed zijn dochter leert naaien.
Vastberaden loopt hij door, de opkomende sneeuwstorm negerend. Ah, Rizz is bij zijn maten aangekomen.
“Vriendsels! De tijd der tijden zijt aangebroken, u dient mij te helpen, te assisteren op mijn queeste en welnu!”Galmt Rizz’ stem door het huis. Waar zouden Rizz’ mannelijke maten zijn? Zouden zij hebben geweten van zijn komst en zijn alvast naar zijn huis zijn gerend, om Vijfhonderdelf zelf te elimineren? Nee, vast niet. Ze willen uiteraard niet besmet worden. “Rizz, waar bazelt u over?” Klinkt het uit een hoekje. Rizz schuifelt naar het geluid toe. Ver weg in de kamer zit, half verscholen, de vader van Doistel, Rizz’ maat. Met een schuin hoofd en verwarde kraaloogjes kijkt Rizz de Fossiel aan. Hij vraagt, uiteraard, om opheldering. In deze situatie is niets blijkbaar zeker. Zelfs niet het ontnomen spreekrecht van de Fossielen. “Sinds wanneer behept u het recht te spreken herwonnen?”
Meteen begint de Fossiel te sniffen. Hij rolt zich op en gaat zich schamen. Plots klinkt een oerkreet door het huis. “Vriendsel”, brult een maat van Rizz, “Hoe maak je het?”Roept hij terwijl Rizz’ hand liefdevol geschud wordt. “Ach...” Rizz verzucht eens. Zou onze hoofdpersoon het niet leuk vinden, dat Vijfhonderdelf een mening had gevormd? Of is hij gewoon nog boos? “Het is Vijfhonderdelf,” spreekt Rizz.
“Zullen we haar dan bij de maandelijkse...” Doistel kijkt Rizz veelbetekenend aan, zonder de woorden ‘maandelijkse massacre’ uit te spreken. Soms zijn beelden genoeg en hoeft niet alles hardop te worden gezegd. Rizz verzucht weer. “Ze vormde een mening.”
“Wat?!? De schande! Schrijver, ik eis dat U ons onmiddellijk bij Vijfhonderdelf plaatst!”


Rizz en Doistel lopen in de woestijn. Met een roze zakdoek veegt Rizz Vijfhonderdelfs’ bloed van zijn gezicht. “Waarom vroeg je dat nou?” Rizz begint zich op te winden. De kortstondige dood van Vijfhonderdelf had hem niet bevredigd. Door de ruit vallen tijdens het lappen van de ramen, wat geniaal gemeen van Mij... Doistel en Rizz kwamen helemaal onder het bloed te zitten, zonder te worden getroffen door rondvliegende glasscherven. Ach en wee.
“Het was een schande en moest verdwijnen. En snel.”
Meteen kijkt Rizz Doistel kwaad aan. Hij begrijpt het niet, de schrijver is immers oppermachtig dus waarom zou zijn mannelijke maat deze, in vredesnaam, bevelen willen geven? Op een rustig tempo wandelen Rizz en Doistel verder.
“Zouden we ooit weer terug mogen, naar de normale wereld? Ik weet dat U hier sadistisch plezier in schept, maar ik wil mijn vertrouwde omgeving graag weer zien.” Zegt Doistel Mij voorzichtig. Ik twijfel niet, want ik ben alwetend.

Doistel rent over het gladde asfalt. Hij denkt aan zijn vrouw en kinderen, die thuis netjes op hem wachten. Binnen enkele dagen is het Kerstmis, dan zal hij, samen met zijn gezin, fijn rond de kersboom gaan zitten en de cadeautjes uitpakken. Wat zou de kerstman hen hebben gegeven, zou hij vrijgevig zijn geweest?
Na een killometer rennen is Doistel thuis. Meteen wordt hij begroet door zijn liefhebbend gezin. “Papa, papa! Ik heb je gemist,” roept Lotje. Hij omhelst de kleine en vraagt haar hoe school was. “Het was zo leuk, we zijn naar de film gegaan. De film ging over een heel eng land, waar vrouwen helemaal niks mogen... Ze mochten niet eens tv kijken. Het was zo gemeen...” Lotje begint te huilen en kijkt Doistel verdrietig aan. “Mama mag toch altijd naar de film en zij hoeft nooit af te wassen... Papa, daar ben jij toch voor,” Vraagt de kleine haar vader.
Deze stelt haar gerust: “Nee lieverd, natuurlijk niet. Vrouwen zijn machtige wezens en jij zal dat later ook zijn. Waarom denk je anders dat ik voor mama ben wezen winkelen? Zij hoeft dat niet te doen, daar is ze veel te slim voor.”
Doistel gaat op het krukje naast de stoel voor de open haard zitten. Hij zucht en denkt aan zijn vroegere onwetendheid. De almachtige schrijver commanderen, wat was hij eerst een domoor...



Offtopic: LUH-3417, ik heb met mijn docent een goede discussie gehad over het gebruik van aanhalingstekens en hoofdletters. Nu is de regel dat een stuk tussen aanhalingstekens een aparte zin is. Het heeft dus geen invloed op de zin waar het "in" staat. Voorbeeld:
“Papa, papa! Ik heb je gemist,” roept Lotje.
De muze roept nog snel "Vuile rat, dat is mijn kastanje!" naar de eekhoorn.
__________________
Cry 'Havoc' and let slip the dogs of War.

Laatst gewijzigd op 21-12-2002 om 12:46.
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 20-12-2002, 09:45
Just Johan
Just Johan is offline
Wat een ontzettend COOL verhaal!!

alleen dat Lotje over die film begint vind ik een beetje fout, en het is auctorieel in plaats van autoctorieel
Met citaat reageren
Oud 20-12-2002, 13:02
Anne
Avatar van Anne
Anne is offline
Het is auctoriaal.

Ik ga zo het verhaal wel lezen, oke? Liefs
__________________
Hm... Larstig... ;)
Met citaat reageren
Oud 20-12-2002, 14:09
Just Johan
Just Johan is offline
Citaat:
Anneee schreef:
Het is auctoriaal.

Ik ga zo het verhaal wel lezen, oke? Liefs
't mag allebei, oke?
Met citaat reageren
Oud 20-12-2002, 14:48
Vlooienband
Avatar van Vlooienband
Vlooienband is offline
Merci.
Ik wist het niet precies en het woordenboek (blame Wolters ) wist het ook niet.
__________________
Cry 'Havoc' and let slip the dogs of War.
Met citaat reageren
Oud 20-12-2002, 22:26
Vlooienband
Avatar van Vlooienband
Vlooienband is offline
Citaat:
Just Johan schreef:
Wat een ontzettend COOL verhaal!!

alleen dat Lotje over die film begint vind ik een beetje fout, en het is auctorieel in plaats van autoctorieel
Over de film fout? Hè, dan breng ik mijn boodschap verkeerd over...
__________________
Cry 'Havoc' and let slip the dogs of War.
Met citaat reageren
Oud 20-12-2002, 22:48
Just Johan
Just Johan is offline
Citaat:
Scimmia schreef:
Over de film fout? Hè, dan breng ik mijn boodschap verkeerd over...
ik bedoelde 'fout' omdat het zo geënsceneerd lijkt (als je dat tenminste zo schrijft ); het klinkt volgens mij net iets té toevallig en ik kan me ook bijna niet voorstellen dat dat kind zomaar díe vraag stelt (ik weet niet precies waar hem dat in zit; dat zou dat toeval kunnen zijn, of misschien dat het taalgebruik niet dat van een kind is bij 'waar vrouwen helemaal geen rechten hadden'?).
(dus die film kan wel, maar dat kind niet ofzo; oh sorry, ik hoop dat je tegen slechte kritiek kunt, niet omdat je verhaal niet goed is; maar slechte kritiek omdat ik niet weet hoe ik het goed moet zeggen )

een beetje een detail; het verhaal is gewoon heel goed

groetjes,

Johan

Laatst gewijzigd op 20-12-2002 om 22:59.
Met citaat reageren
Oud 21-12-2002, 09:57
Vlooienband
Avatar van Vlooienband
Vlooienband is offline
Citaat:
Just Johan schreef:
ik bedoelde 'fout' omdat het zo geënsceneerd lijkt (als je dat tenminste zo schrijft ); het klinkt volgens mij net iets té toevallig en ik kan me ook bijna niet voorstellen dat dat kind zomaar díe vraag stelt (ik weet niet precies waar hem dat in zit; dat zou dat toeval kunnen zijn, of misschien dat het taalgebruik niet dat van een kind is bij 'waar vrouwen helemaal geen rechten hadden'?).
(dus die film kan wel, maar dat kind niet ofzo; oh sorry, ik hoop dat je tegen slechte kritiek kunt, niet omdat je verhaal niet goed is; maar slechte kritiek omdat ik niet weet hoe ik het goed moet zeggen )

een beetje een detail; het verhaal is gewoon heel goed

groetjes,

Johan
Hé, daar heb je helemaal gelijk in! Dat komt omdat ik nooit/weinig met kleine kotertjes omga, dus ik weet niet hoe de wezens denken. Nu heb ik het beter gedaan, merci!
__________________
Cry 'Havoc' and let slip the dogs of War.
Met citaat reageren
Oud 21-12-2002, 12:11
Jan-Diederik
Jan-Diederik is offline
Het principe is goed, maar ik heb toch nog wat kritiek.

Inhoudelijk is het ietwat chaotisch; je gebruikt het auctoriale (het is toch echt auctoriaal Johan ) perspectief leuk, maar het verhaal zelf is onduidelijk en ietwat afgeraffeld.

'Vroeger, vele decennia geleden, was de wereld anders. Er bestond feminisme, de vrouwen werden ontboden op leerinstituten en moesten werken, zodat zij de seksuele behoeften van hun man niet konden vervullen. Er bestond een leger, waarbij deelname niet verplicht was. De wereld bestond uit chaos. Ik zal U, lieve lezer, daar geen verdere angst mee aanjagen. ...
Zijn hoofdvrouw, waarvan gezegd werd dat ze uit een goede familie kwam, heeft zich misdragen. Ze heeft, hoe schandalig het ook is, een eigen mening gevormd. '


Juist als je dit uitwerkt geef je 't verhaal, buiten je stilistische kunsten, nog een leuk filosofisch toekomstperspectief mee.

Je hebt 't idee van de alwetende verteller redelijk tot goed uitgewerkt, maar bent nogal star daarin. Lees eens de brieven van Plinius aan Tacitus over de uitbarsting van de Vesuvius eens.
Door het losse gebruik van het auctoriale pespectief (soms weet zelfs de alwetende verteller het niet eens) geeft hij het verhaal en vooral ook de personages een extra dimensie en maakt hij zijn lulkoek (want dat was 't toch wel) geloofwaardig.

Daarbij komt dat de betrekking van de lezer ('U vraagt zich nu natuurlijk dingen af ... We vervolgen de dialoog met ... etc.')
in het verhaal nogal storend werkt. Zoek een andere manier omvanuit dit perspectief de lezer te betrekken; nu komt 't nogal kinderachtig over.

Voor de rest zit 't wel goed in elkaar. Ik kan weinig tot geen storende stijl- en spellingsfouten vinden, dus al met al is het de moeite waard

Alleen raad ik nog wel aan 'vijfhonderdelf' gewoon in '511' te veranderen. Is duidelijker en heeft ook 't beoogde effect.
__________________
Project Mayhem
Met citaat reageren
Oud 21-12-2002, 12:27
Just Johan
Just Johan is offline
Citaat:
Jan-Diederik schreef:
(het is toch echt auctoriaal Johan )
Hmm... Google geeft je inderdaad gelijk met 229 tegen 37 (en met aa klinkt het ook wel netter ja)
Met citaat reageren
Oud 21-12-2002, 12:39
Verwijderd
Hm. Ik blijf met gemengde gevoelens achter na het lezen van dit verhaal. Je dwingt de lezer in een machteloze positie door hem te onderwerpen aan de schrijver, die je tegelijkertijd ophemelt en zelfs alleen met 'u' met een hoofdletter aanspreekt, iets wat volgens de huidige spelling alleen voor het goddelijke weggelegd is.

Nu is het nooit erg om de lezer wat tegen de haren in te strijken, maar je moet uitkijken dat het te vervelend woord. Wanneer je vanuit de hoogte de wereld van vele decennia geleden schetst, vraag ik me af wat je doet. Wil je dit verhaal een tijd vooruit schuiven door ons van onze tijd te vervreemden? Probeer je kritiek te geven op onze maatschappij terwijl je dat doet of wil je al het menselijk verkleinen, omdat de schrijver daar toch boven staat?
Het is nu een onduidelijk iets wat in de lucht hangt. Als je er een filosofische achterban aan zou geven, doe dit dan subtiel en onderbreek het verhaal niet te lang. Filosofie en boeiende verhalen gaan maar zelden goed samen.

Als we dichter bij het einde komen wordt het een stuk beter. Vooral de almacht van de verteller wordt daar goed gebruikt. Die maat van Rizz die de schrijver inschakeld alsof hij een acteur is die een time-out vraagt en de wraak die de schrijver later neemt door de macht tussen mannen en vrouwen om te draaien is leuk. Hoewel dat laatste misschien nog beter uitgewerkt had kunnen worden door die man uitgekafferd te laten worden door zijn dochtertje.

Het is dus een experiment dat zeker boeiend is, maar het verdient nog meer aandacht. Probeer het vloeiender te maken, zodat het soepeler leest, zonder al te veel aan de macht van de schrijver af te doen, want daar draait het toch om.

Nog wat losse opmerkingen:

"waarom deze jongeman over rustig op stoep loopt en" - Het woord over is hier teveel, me dunkt.

"Er bestond een leger, waarbij deelname niet verplicht was." - waaraan deelname niet verplicht was.

"en hoe goed zijn dochter leert naaien." - Deze zin is geweldig ambigu, maar de humor van de twijfeling haal je onderuit door ons zekerheid te geven met het oefenen van hemzelf en zijn zoons. Haal dat weg en de grap is geslaagder.

assineren - Je tong blijft Engels draaien. Hier, en later ook weer met 'massacre', wat je vaker gebruikt, maar waarvan ik nog steeds niet weet of het een Nederlands woord is. Als je een duur woord wilt hebben voor het omleggen van de vrouw, kom dan met liquideren, elimineren of homicide. Assineren staat niet echt.

"de Fossiel aan." - Ik geloof dat het 'het fossiel' is, maar omdat het met een hoofdletter geschreven wordt, weet ik niet precies wat je nu bedoelt. Is het een naam?

"Na een killometer rennen" - Kilometer.

LUH-3417
Met citaat reageren
Oud 21-12-2002, 21:22
Vlooienband
Avatar van Vlooienband
Vlooienband is offline
Nog snel voordat ik op vakantie ga een bijna verbeterde versie. Hij is nog niet helemaal af, maar dit is beter dan niets. Met een proloog, dit keer.
Bedankt voor jullie reacties.


Een autoctorieel perspectief


Vroeger, vele decennia geleden, was de wereld anders. Er bestond feminisme, de vrouwen werden ontboden op leerinstituten en mochten werken, zodat zij de seksuele behoeften van hun man niet konden vervullen. Er was een leger, waaraan deelname niet verplicht was. De wereld bestond uit chaos.

Wat Ik u ga vertellen is schokkend. Maak kennis met Rizz en de schande van Vijfhonderdelf. Rizz is een herhaaldelijk getrouwde jongeman. Hij is op weg naar zijn vriend Doistel.



Rizz wandelt rustig over de stoep. Hij telt de straattegels; niet één, niet twee, maar zelfs drie tegels ziet hij in het mulle zand liggen. Vreemd, zo’n belachelijk grote hoeveelheid plaveisel, een jongeman die rustig op stoep loopt en een verhaal dat überhaupt met een wandelende jongeman begint. Accepteer deze vreemdheid, want Ik ben uw Meester en heers over deze wereld. Mijn wereld.


De geliefde hoofdpersoon heeft net een akelig voorval achter de rug. Zijn hoofdvrouw, waarvan gezegd werd dat ze uit een goede familie kwam, heeft zich misdragen. Ze heeft, hoe schandalig het ook is, een eigen mening gevormd. Het slachtoffer in spé draagt de naam Vijfhonderdelf. Eer onze aandacht aan de zondige slet besteed zal worden, wend Ik Me tot Rizz.
“Dag Rizz. Hoe maakt u het?” Vraag Ik de wandelende makker. “Ah, waarde schrijver! U weet zelf dondersgoed hoe het met me gaat, daar ik Uw creatie ben,” Antwoordt Rizz, het levenslicht. Pretlichtjes verschijnen in zijn ogen terwijl hij denkt aan alle fijne dingen die hij weldra met zijn mannelijke maat gaat doen en aan de moord die zij zullen begaan...
Ik vervolg de dialoog met Rizz en babbel eventjes over het zondige gedrag van Vijfhonderdelf, over hoe goed zijn zoontjes het op hun werk doen en hoe goed zijn dochter leert naaien.
Dan drijven Rizz’ gedachten weer af en laat Ik hem vastberaden doorlopen, terwijl hij de opkomende sneeuwstorm negeert. Ah, Rizz is bij zijn maten aangekomen.
“Vriendsels! De tijd der tijden zijt aangebroken, u dient mij te helpen, te assisteren op mijn queeste en welnu!” Rizz’ stem galmt door het huis. Waar zouden Rizz’ mannelijke maten zijn? Zouden zij geweten hebben van zijn komst en zijn alvast naar zijn huis zijn gerend, om Vijfhonderdelf zelf te elimineren? Nee, vast niet. Ze willen uiteraard niet besmet worden. “Rizz, waar bazelt u over,” klinkt het vragend uit een hoekje. Hij schuifelt naar het geluid toe. Ver weg in de kamer zit, half verscholen, de vader van Doistel. Met een schuin hoofd en verwarde kraaloogjes kijkt Rizz het Fossiel aan. Hij vraagt, uiteraard, om opheldering. In deze situatie is niets blijkbaar zeker. Zelfs niet het ontnomen spreekrecht van de Fossielen. “Sinds wanneer behept u het recht te spreken herwonnen?”
Meteen begint het Fossiel te sniffen. Hij rolt zich op en gaat zich schamen. Plots klinkt een oerkreet door het huis. “Vriendsel,” brult een maat van Rizz, “Hoe maak je het?” Roept hij terwijl handen liefdevol geschud worden. “Ach...” Rizz verzucht eens. Het is logisch dat Rizz nog zit, met de gevormde mening van Vijfhonderdelf. Of is hij gewoon nog boos? “Het is Vijfhonderdelf,” spreekt Rizz.
“Zullen we haar dan bij de maandelijkse...” Doistel kijkt Rizz veelbetekenend aan, zonder de woorden ‘maandelijkse massacre’ uit te spreken. Soms zijn beelden genoeg en hoeft niet alles hardop te worden gezegd. Rizz verzucht weer. “Ze vormde een mening.”
“Wat?!? De schande! Schrijver, ik eis dat U ons onmiddellijk bij Vijfhonderdelf plaatst!”


Rizz en Doistel lopen in de woestijn. Met een roze zakdoek veegt Rizz Vijfhonderdelfs’ bloed van zijn gezicht. “Waarom vroeg je dat nou?” Rizz begint zich op te winden. De kortstondige dood van Vijfhonderdelf had hem niet bevredigd. Door de ruit vallen tijdens het lappen van de ramen, wat geniaal gemeen van Mij... Doistel en Rizz kwamen helemaal onder het bloed te zitten, zonder te worden getroffen door rondvliegende glasscherven. Ach en wee.
“Het was een schande en moest verdwijnen. En snel.”
Meteen kijkt Rizz Doistel kwaad aan. Hij begrijpt het niet, de schrijver is immers oppermachtig dus waarom zou zijn mannelijke maat deze, in vredesnaam, bevelen willen geven? Op een rustig tempo wandelen Rizz en Doistel verder.
“Zouden we ooit weer terug mogen, naar de normale wereld? Ik weet dat U hier sadistisch plezier in schept, maar ik wil mijn vertrouwde omgeving graag weer zien.” Zegt Doistel Mij voorzichtig. Ik twijfel niet, want ik ben alwetend.


Doistel rent over het gladde asfalt. Hij denkt aan zijn vrouw en kinderen, die thuis netjes op hem wachten. Binnen enkele dagen is het Kerstmis, dan zal hij, samen met zijn gezin, fijn rond de kersboom gaan zitten en de cadeautjes uitpakken. Wat zou de kerstman hen hebben gegeven, zou hij vrijgevig zijn geweest?
Na een killometer rennen is Doistel thuis. Meteen wordt hij begroet door zijn liefhebbend gezin. “Papa, papa! Ik heb je gemist,” roept Lotje. Hij omhelst de kleine, biedt haar een dienblad met hapjes en ranja aan en vraagt haar hoe school was. “Het was zo leuk, we zijn naar de film gegaan. De film ging over een heel eng land, waar vrouwen helemaal niks mochten... Ze mochten niet eens tv kijken. Het was zo gemeen...” Lotje begint te huilen en kijkt Doistel verdrietig aan. “Mama mag toch altijd naar de film en zij hoeft nooit af te wassen... Papa, daar ben jij toch voor,” Vraagt de kleine haar vader.
Deze stelt haar, na zijn zoons het sein voor het opdienen van het eten te hebben gegeven, gerust: “Nee lieverd, natuurlijk niet. Vrouwen zijn machtige wezens en jij zal dat later ook zijn. Mannen worden onderdrukt, zo is het en zo zal het blijven. Waarom denk je anders dat ik voor mama ben wezen winkelen? Zij hoeft dat niet te doen, daar is ze veel te slim voor.”
Doistel gaat op het krukje naast de stoel voor de open haard zitten. Hij zucht en denkt aan zijn vroegere onwetendheid. De almachtige schrijver commanderen, wat was hij eerst een domoor...
__________________
Cry 'Havoc' and let slip the dogs of War.
Met citaat reageren
Oud 02-01-2003, 19:47
Vlooienband
Avatar van Vlooienband
Vlooienband is offline
Laatste verbetering, sorry voor de up, maar de vakantie zat in de weg.


Een autoctorieel perspectief


Vroeger, vele decennia geleden, was de wereld anders. Er bestond feminisme, de vrouwen werden ontboden op leerinstituten en mochten werken, zodat zij de seksuele behoeften van hun man niet konden vervullen. Er was een leger, waaraan deelname niet verplicht was. De wereld bestond uit chaos. Hier zal Ik u geen verdere angst mee aanjagen.
Wat Ik u ga vertellen is schokkend. Maak kennis met Rizz en de schande van Vijfhonderdelf. Rizz is een herhaaldelijk getrouwde jongeman, die op weg is naar zijn vriend Doistel.




Rizz wandelt rustig over de stoep. Hij telt de straattegels; niet één, niet twee, maar zelfs drie tegels ziet hij in het mulle zand liggen. Vreemd, zo’n belachelijk grote hoeveelheid plaveisel, een jongeman die rustig op stoep loopt en een verhaal dat überhaupt met een wandelende jongeman begint. Accepteer deze vreemdheid, want Ik ben uw Meester en heers over deze wereld, mijn wereld.


De geliefde hoofdpersoon heeft net een akelig voorval achter de rug. Zijn hoofdvrouw, waarvan gezegd werd dat ze uit een goede familie kwam, heeft zich misdragen. Ongeacht de schande, die door haar walgelijke daad neer zou dalen op haar familie, heeft ze een eigen mening gevormd. Het slachtoffer in spé draagt de naam Vijfhonderdelf. Eer onze aandacht aan de zondige slet besteed zal worden, wend Ik Me tot Rizz.
“Dag Rizz. Hoe maakt u het,” vraag Ik de wandelende makker. “Ah, waarde schrijver! U weet -zelf dondersgoed hoe het met me gaat, daar ik Uw creatie ben,” antwoordt Rizz, de lieverd. Pretlichtjes verschijnen in zijn ogen wanneer hij denkt aan alle fijne dingen die hij weldra met zijn mannelijke maat gaat doen, waaronder de moord die zij zullen begaan...
Ik vervolg de dialoog met Rizz en babbel eventjes over het zondige gedrag van Vijfhonderdelf, over hoe goed zijn zoontjes het op hun werk doen en hoe goed zijn dochter leert naaien.
Dan drijven Rizz’ gedachten weer af en laat Ik hem vastberaden doorlopen, de opkomende sneeuwstorm negerend.
Ah, Rizz is bij zijn maten aangekomen.
“Vriendsel! De tijd der tijden zijt aangebroken, u dient mij te helpen, te assisteren op mijn queeste en welnu!” Rizz’ stem galmt door het huis. Waar zijn de mannelijke maten van Rizz, wisten zij van zijn komst en zijn ze alvast naar zijn huis gerend, om Vijfhonderdelf zelf te elimineren? Nee, vast niet. Ze willen uiteraard niet besmet worden. “Rizz, waar bazelt u over,” klinkt het vragend uit een hoekje. Hij schuifelt naar het geluid toe. Ver weg in de kamer zit, half verscholen, de vader van Doistel. Met een schuin hoofd en verwarde kraaloogjes kijkt Rizz het Fossiel aan. Hij vraagt, uiteraard, om opheldering. In deze situatie is niets blijkbaar zeker. Zelfs niet het ontnomen spreekrecht van de Fossielen. “Sinds wanneer behept u het recht te spreken herwonnen?”
Meteen snift het Fossiel, rolt zich op en gaat hij zich diep te schamen. Dan klinkt een oerkreet door het huis. “Vriendsel,” brult de maat van Rizz, “Hoe maak je het?” Handen worden liefdevol geschud. “Ach...” Rizz verzucht eens. Het is logisch dat Rizz nog mentale wroeging heeft over de door Vijfhonderdelf gevormde mening. Of zou het kunnen dat hij gewoon nog boos is? Vol spanning wachten we af. “Het is Vijfhonderdelf,” spreekt Rizz.
“Zullen we haar dan bij de maandelijkse...” Doistel kijkt Rizz veelbetekenend aan, hij hoeft de woorden ‘maandelijkse massacre’ niet eens uit te spreken. Soms hoeft niet alles hardop te worden gezegd. Rizz verzucht weer. “Ze vormde een mening.”
“Wat?!? De schande! Schrijver, ik eis dat U ons onmiddellijk bij Vijfhonderdelf plaatst!”


Rizz en Doistel lopen in de woestijn. Met een roze zakdoek veegt Rizz Vijfhonderdelfs’ bloed van zijn gezicht. “Waarom vroeg je dat nou?” Rizz begint zich op te winden. De kortstondige dood van Vijfhonderdelf had hem niet bevredigd. Tijdens het tijdens het lappen van de ramen viel ze door de ruit en de glasscherven reten haar darmen werden uiteen. Wat geniaal gemeen van Mij... Doistel en Rizz kwamen helemaal onder het bloed te zitten, zonder te worden getroffen door rondvliegende glasscherven. Ach en wee.
“Het was een schande en we moesten direct actie ondernemen. Het was de enige manier.”
Meteen kijkt Rizz Doistel kwaad aan. Hij begrijpt het niet, de schrijver is immers oppermachtig dus waarom zou zijn mannelijke maat deze, in vredesnaam, bevelen willen geven? Zijn maat had immers ook naar Vijfhonderdelf kunnen rennen. Op een rustig tempo wandelen Rizz en Doistel verder.
“Zouden we ooit weer terug mogen, naar de normale wereld? Ik weet dat U hier sadistisch plezier in schept, maar ik wil mijn vertrouwde omgeving graag weer zien.” Zegt Doistel Mij voorzichtig. Ik twijfel niet, want ik ben alwetend.


Doistel rent over het gladde asfalt. Hij denkt aan zijn vrouw en kinderen, die thuis netjes op hem wachten. Binnen enkele dagen is het Kerstmis, dan zal hij, samen met zijn gezin, fijn rond de kersboom gaan zitten en de cadeautjes uitpakken. Wat zou de kerstman hen hebben gegeven, zou hij vrijgevig zijn geweest?
Na een killometer rennen is Doistel thuis. Meteen wordt hij begroet door zijn liefhebbend gezin. “Papa, papa! Ik heb je gemist,” roept Lotje. Hij omhelst de kleine en vraagt haar hoe school was. “Het was zo leuk, we zijn naar de film gegaan. De film ging over een heel eng land, waar vrouwen helemaal niks mochten... Ze mochten niet eens tv kijken. Het was zo gemeen...” Lotje begint te huilen en kijkt Doistel verdrietig aan. “Mama mag toch altijd naar de film en zij hoeft nooit af te wassen... Daar ben jij toch voor, papa,” vraagt de kleine haar vader.
Deze stelt haar gerust: “Nee lieverd, natuurlijk niet. Vrouwen zijn machtige wezens en jij zal dat later ook zijn. Waarom denk je anders dat ik voor mama ben wezen winkelen? Zij hoeft dat niet te doen, daar is ze veel te slim voor.” Eventjes kijkt de uk hem bedenkelijk aan. Dan zet ze haar handjes in de zij en zet ze het normale, bazige toontje weer op. “Haal dan ogenblikkelijk warme chocolademelk voor me!” Vlug bindt Doistel zijn schort voor en rent hij naar de keuken. Met een dienblad gevuld met warme chocolademelk, koekjes, een spuitbus slagroom en een tinnen kan suiker knielt hij voor zijn dochtertje. Terwijl hij haar tirade over de melk, die één graad te koud is, over zich heen laat komen zucht hij, denkend aan zijn vroegere onwetendheid. De almachtige schrijver commanderen, wat is hij toch een domoor geweest...
__________________
Cry 'Havoc' and let slip the dogs of War.
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen Samenvatting: Forum, bijna hele boek
numen
1 25-09-2007 14:37
Verhalen & Gedichten Perspectief
Seven of Wands
2 17-12-2003 18:03
Verhalen & Gedichten kerstverhaal
Just Johan
10 22-12-2002 19:54


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 09:51.