Het testen op erfelijke ziekte kan mensen voor vreselijke dilemma's plaatsen. Dat bleek voor het eerst nadat men in 1987 een test ontwikkelde voor de ziekte van Huntington. Patienten bleken een "stotter-gen" te hebben: een gen waarin de DNA letters CAG voortdurend wordt herhaald. CAG CAG CAG... Huntington komt relatief weinig voor, in Nederland hebben 6000 mensen mogelijk de ziekte. De ziekte begint heel sluipend tussen het dertigste en vijfstigste levensjaar. De patient krijgt rare stemmingen, wordt almaar vreemder en gaat bizarre bewegingen maken. Hij takelt steeds meer af, demeteert, om na 10 tot 30 jaar als een wrak aan deze ziekte te overlijden. Huntington is heel erfelijk. De kans dat je de ziekte van een van je ouders erft is 1 op de 2. Ofwel, 50 procent.
Nu het dillema:
Opa is aan de ziekte van Huntington overleden, zijn dochter van 40 heeft een kans van 1 op 2 om ook de ziekte te krijgen maar wil daar geen zekerheid over hebben. Ze wacht liever haar lot af. Haar dochter echter (kans 1 op 4) wil wel zekerheid. Maar als zij de ziekte heeft, heeft haar moeder het dus ook. Moet zij dit wel of niet vertellen?
Stelling:
Als er bij een persoon een erfelijke ziekte word vastgesteld, moet dit verteld worden aan de hele familie, zelfs als er mensen zijn die er niks over willen weten.
Marion&Marian
|