Zachtjes glijden je kleine vingertjes over de toetsen. De lieflijke klanken van het beeldschone pianospel wat jij laat horen klinken door de bedompte ruimte. Het publiek zit op de harde kerkbanken naar jou te luisteren, diep onder de indruk. Ze luisteren, en verroeren geen vin, maar kijken allemaal naar jou.
Als vijf jarig dreuteltje was je al gefascineerd door het pianospel wat je vader ten gehore bracht op grote concerten. Muisstil zat je te luisteren naar wat je altijd zo prachtig hebt gevonden. Nu, na vier jaar les, heb je je eerste, eigen uitvoering. In een klein, sprookjesachtig kerkje, waar het ruikt naar een mengeling van lavendel en lichaamsgeur. Je slaat je je laatste toon aan, zucht diep en loopt weer naar je plaats.
Een traan van ontroering loopt over mijn wang.
Wat is er mooier dan een jong mens, wat al haar energie, al haar vrije minuten, al haar passie, in een muziekinstrument stopt? Niets, helemaal niets.
Laatst gewijzigd op 27-07-2004 om 15:02.
|