De regen die neerdruppelt op mijn huid
verdooft mijn oren, verstart mijn blik
vanuit mijn bril bezie ik een hemel
tot hel verworden in deze gebarste ruit
Ik groette je in die druipende straat
maar je dove hart liet mij niet toe
in het grijs en grauwe van de stenen
lieten de omstanders me branden
in jouw vagevuur
ik kende toch in jou ooit eens
de engel, mijn muze rijk in armoede
en al met zijn liederen het lot bezingend
van de doden in het rijk der levenden.
hoe mijn lippen verlangen naar dat zoete
ook van jouw gezellige aanwezigheid
vervloekt is de werking van de tijd
vanuit een goud glimmende fotolijst
lacht een schijnende diamant,
geslepen door scherpzinnigheid me toe
en in al zijn zoetheid word mijn wang bitter.
---------------------------------
wat vinden jullie ervan??? ik ben er zelf niet zo tevreden over. vind het wat te lang (moet ik die laatste 4 regels weglaten??) en er zit helemaal geen rijm in -maar dat hoeft ook niet echt.
Metrisch gezien klopt het volgens mij niet echt!
Het gaat trouwens over een vriend die me opeens liet stikken en waar ik nog steeds kwaad over bent omdat ie nu allemaal lullige dingen over me zegt.