Geld heeft vele soorten verschijningsvormen gehad, denk aan: vee, zout, thee, kralen en schelpen, maar deze waren niet altijd gangbaar.
De
kauri (een kleine, witglanzende schelp dat ook als vruchtbaarheidssymbool gezien werd en dus hoog in aanzien stond) werd rond 2000 voor Christus al als volwaardig betaalmiddel gezien. De VOC handelde veel met de kauri's.
In Turkije zijn de eerste munten (van edelmetaal) ontstaan rond 550 voor Christus onder koning Croesus die opdracht gaf het ruilgoed electrum (een natuurlijke legering van goud en zilver, dat gevonden werd in de rivierbedding) te splitsen in aparte munten goud en zilver.
De eerste munten die in ons gebied (nu heet het natuurlijk Nederland

) in omloop waren, waren de
denarius,
sestertius (beide van zilver) en de
aureus (van goud). Deze werden tijdens het Romeinse Rijk ingevoerd en na de val hiervan nog steeds gebruikt.
Daarna kwam de Penning, een zilvere munt.
Vervolgens kwam de voorloper van de gulden:
fiorino d'oro (voor het eerst geslagen in 1252)
In 1325 kwamen de eerste gouden guldens. Met in 1521 de laatste gouden gulden onder Karel V.
En daarna veranderen de guldens nog qua samenstelling en soort (edel)metaal: goud, zilver, nikkel.
In 1936 wordt de goudstandaard losgelaten, waardoor de munt gebaseerd is op vertrouwen ipv. waarde.
En in 1999 (giraal) en 2002 (chartaal) de invoering van de euro, die natuurlijk ook 'zwevend' is.
Zo dat was even een samenvatting van geld, met als bron een informatief boekje van de Nederlandsche Bank.