[SK] Reactievergelijking, vmbo-tl

Hey allemaal! Ik doe staatsexamens en ik ben eigenlijk al een beetje begonnen met leren etc.
Nu ben ik echt een amateur (understatement) in reactievergelijkingen en dergelijke.

Ik snap 2 vragen in m'n werkboek niet:

1: Geef de reactievergelijking die optreedt als koolstof met zuurstof reageert tot koolstofmono-oxide ( ).

2: In welke massaverhouding reageren koolstof en zuurstof met elkaar? ( )


Iemand?

EDIT: En vraag please niet dingen als ''wat denk je wat het zou kunnen zijn?''. Want na 2 jaar een m-profiel gevolgd te hebben ben ik álle kennis in exacte vakken kwijt.

[mathfreak]

fromBALKAN :D schreef:

[I]Hey allemaal! Ik doe staatsexamens en ik ben eigenlijk al een beetje begonnen met leren etc.
Nu ben ik echt een amateur (understatement) in reactievergelijkingen en dergelijke.

Ik snap 2 vragen in m'n werkboek niet:

1: Geef de reactievergelijking die optreedt als koolstof met zuurstof reageert tot koolstofmono-oxide ( ).

2: In welke massaverhouding reageren koolstof en zuurstof met elkaar? ( )


Iemand?

Er is gegeven dat koolstof en zuurstof met elkaar reageren tot koolmonoxide. Dit geeft als eerste aanzet voor je reactievergelijking
C(s) + O₂(g) -> CO(g).
We hebben nu links 1 C-atoom en 2 O-atomen, terwijl we rechts 1 C-atoom en 1 O-atoom hebben. We komen rechts dus nog 1 O-atoom te kort. Dit kunnen we oplossen door 2CO te schrijven. We hebben dan links en rechts wel hetzelfde aantal O-atomen, maar omdat we nu rechts ook 2 C-atomen hebben en links 1 C-atoom, komen we links dus nog 1 C-atoom te kort. Dit kunnen we oplossen door 2C te schrijven. We hebben dan als uiteindelijke reactievergelijking
2C(s) + O₂(g) -> 2CO(g).
Uit de reactievergelijking volgt dat we 2 C-atomen en 2 O-atomen hebben, die met elkaar tot 2 CO-moleculen reageren. De atoommassa van koolstof is 12 u en die van zuurstof (O) is 16 u, dus 2 C-atomen hebben een totale massa van 24 u en 2 O-atomen hebben een totale massa van 32 u, dus de massaverhouding tussen koolstof en zuurstof is 24:32, ofwel 3:4.

[ILUsion]

Zoals mathfreak al zegt: uit de opgave kan je halen dat (aanduiden in welke fase (gas, vloeibaar, vast) hoeft niet, maar mag natuurlijk altijd)):



Die vergelijking moet je nog balanceren (langs beide kanten even veel C's en O's), zodat je krijgt:



De bijhorende massa's: C is 12u, O is 16u dus respectievelijke 24u en 32u, geeft inderdaad 3/4.

Ik begrijp dat je niet veel meer weet van chemie, maar als je hierop vastloopt, wens ik je in ieder geval veel sterkte met het leren; geef niet te snel op, probeer het een beetje logisch te redeneren, volg je boek (of notities van vroeger) goed op