Ik zie mezelf als een schrijver, want ik schrijf. Al een aarde poos pen ik teksten, feit en fictie, neer en ik merk dat er vooruitgang in zit. Mijn vaardigheden ontwikkelen zich en ik heb er nog steeds plezier in.
Dat plezier komt voort uit een aantal redenen:
De schrijver heeft een absolute macht over de wereld die hij in zijn tekst zet. Niets is onmogelijk en alles is onbegrensd. Een mogelijke grens zou de taal kunnen zijn, maar buiten de taal is er niets. Natuurlijk is het de vraag in hoeverre de lezer meegaat in de voorgestelde wereld, of dat die misschien een andere kant opgaat en er een alternatieve, persoonlijke draai aan geeft, maar dat maakt nu even niet uit.
Natuurlijk hebben alleen de werkelijke meesters invloed op mondiaal niveau, maar in feite heb je zelfs als amateurschrijver op iedereen die je tekst met aandacht leest, en waar hij bij blijft hangen, invloed. Buiten de macht in de tekstuele wereld geeft schrijven dus ook macht over de reële wereld. Alleen het feit van het bestaan van een tekst veranderd de werkelijkheid al tegenzeggelijk. De wereldverbeteraar leeft in ons allen.
Ik heb geen flauw idee hoe ik mijn verdere leven in wil kleuren en pin me ook nergens op vast. Vorig jaar deed in Nederlandse Taal en Cultuur, nu ben ik bezig met Literatuurwetenschappen en wie weet wat er nog gebeurd. Het is in ieder geval vrij goed mogelijk dat ik terecht komt in de tekstschrijf-wereld of anders in de media of iets dergelijks, maar het kan ook anders lopen. Wie weet zelfs het onderwijs.
Helaas ben ik niet naïef genoeg om te geloven dat ik mijn brood zal verdienen met het schrijven. Wie weet een zakcentje voor een column of een kort verhaal, maar ik denk nog niet aan Rowling-bedragen.
Aannemelijker is dat ik gewoon ergens een baan of iets dergelijks vind, of anders een heel erg gezellig uitkering of wat dan ook, en in mijn vrije tijd schrijf.
Natuurlijk blijft de droom van het schrijven van het 'boek dat alle andere boeken overbodig maakt' (nee, niet het telefoonboek) aanlokkelijk en stiekem aanwezig. Opgeven is bijvoorbaat een nederlaag.
De eerste keer dat ik aan schrijven als hobby dacht, was toen ik van mijn leraar Nederlands hoorde dat mijn verhalen die ik inleverde de 'beste waren die hij ooit van leerling las'. Het is een klassiek voorbeeld van hoe een passie als deze kan ontstaan, maar het is niet anders.
Als ik nu terugkijk op de verhalen die ik toen las, val ik dood neer van schaamte en kan ik niet begrijpen hoe mijn leraar dat kon zeggen. Misschien zag hij iets in de kiem?
Mijn aanwezige talent (daar was ik heilig van overtuigd) heb ik toen gecultiveerd op verschillende sites op het internet en nu ben ik daar nog steeds mee bezig. ook het schrijven van mijn eigen virtuele weekblad heeft me goed gedaan. Schrijven leer je door veel lezen en schrijven.
Ik durf nu niet te zeggen of ik talent heb. Wel durf ik te zeggen dat ik vooruit ben gegaan, trots ben op de meeste van mijn verhalen, overwegend positieve reacties krijg en dat ik er nog steeds lol in heb.
Waar mijn sterke punten liggen kan ik niet zeggen zonder arrogant en onuitstaanbaar te worden. Ik vind zelf dat ik aardig grappig ben in sommige verhalen en dat ik dingen doeltreffend met de juiste lading ironie en sarcasme kan verwoorden. Mijn woordenschat is aardig uitgebreid en meestal kan ik leuke zinnen aan elkaar breien. Verrassende wendingen, onwerkelijke taferelen en bizarre personages schets ik droog en goed leesbaar af. Ik weet met een paar kleine details een sfeer te schepping en het opbouwen van spanning gaat me steeds beter af.
Mijn stijl is al veel dingen genoemd, maar het mooiste zijn nog wel de uitspraken dat ik 'vlot en licht-absurd schrijf' en dat ik 'soms een deconstructionistische invalshoek vertoon, maar over het algemeen post-modernistisch' bezig ben. Dat zijn tenminste fijne woorden voor Scrabble.
Mijn slechte eigenschappen zitten zich vooral in serieuze zaken. Ronde, geloofwaardige karakters zijn aan mij niet besteed. Dat is logisch, want in korte verhalen heb je daar geen tijd voor.
Een ander punt is dat ik bijna nooit over vrouwelijke personages schrijf. Ik begrijp vrouwen niet en zal daar ook nooit aan beginnen. Als ik ooit een vrouwelijke hoofdpersoon zou nemen, zou dat bijna zeker verschrikkelijk ongeloofwaardig worden.
Een gebrek aan inspiratie en een handicap voor het verzinnen van een goed plot overvallen mij ook geregeld, maar niets dat Koning Alcohol niet op kan lossen.
Ik ben te lang aan het woord. Rest mij nog te zeggen dat ik eigenlijk liever een postduif had willen zijn.
LUH-3417
|