Advertentie | |
|
![]() |
|||
Citaat:
Natuurlijk zal het cultiveren van de etnische en/of religieuze identiteit worden gestimuleerd door andere instituties, zoals de familie en religieuze instituut. Maar dat betekent niet dat de overheid daaraan mee moet gaan doen. Als je de etnische of religieuze identiteit van mensen gaat cultiveren, haal de samenlevingsverband uit elkaar. Je krijgt een tweedeling in de samenleving, een nieuwe vorm van verzuiling. Dat is lijkt me niet bevordelijk voor de structuur van onze samenleving. Citaat:
|
![]() |
||||
Citaat:
![]() Citaat:
![]() Citaat:
__________________
Gatara was here! De W van stampot!
|
![]() |
||||
Verwijderd
|
PGWR schreef op 16-02-2004 @ 20:16:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
|
![]() |
|||||
Citaat:
Citaat:
Zoals rechtsfilosoof Paul Cliteur het vanmorgen ookal zei: als je mensen dwingt om tijdens uitoefenen van hun publieke functie geen blijk te geven van hun opvattingen, zullen zij eerder geneigd zijn om hun religieuze of politieke ideologie los te koppelen van hun werk. En dat is nodig voor de overheid. Citaat:
Maar goed, ik zal eens een andere situatie schetsen. Stel, je moet je verantwoorden voor de rechter. Heb jij dan evenveel respect voor die rechter als hij een grote hakenkruis op zijn kleding heeft? Heb jij dan evenveel respect voor zijn autoriteit? Citaat:
|
![]() |
|
Verwijderd
|
- Alle gelovigen gaan ervanuit dat hun godheid almachtig en alwijs is.
- Wanneer een godheid alwijs is, weet hij de gedachten van alle mensen dezer aard. - Een gelovige is dan niet genoodzaakt zijn geloof te uiten door middel van symbolen, aangezien een god weet of hij oprecht gelooft of niet. - Een godsdienstige symbool is overbodig, tenzij bedoeld om te bekeren. - Een (openbare) school is niet bedoeld om te bekeren, dus moet men religieuze symbolen verbieden in overheidsgebouwen. PUNT |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
![]()
__________________
Dit is een berichtje van mr. NN.
|
![]() |
||
Citaat:
![]() |
![]() |
|||||||
Verwijderd
|
PGWR schreef op 17-02-2004 @ 16:56:
Citaat:
Dat andere groepen zullen volgen is hun goed recht, tenzij er gevaar voor de gezondheid, openbare orde, etc. ontstaat. En die Citaat:
En wat mij betreft is dat niet anders voor ambtenaren, het zal mij worst wezen of ik college krijg van een vrouw met een hoofddoekje op of op het gemeentehuis te maken heb met een man met een keppeltje op. Het is wel een heel negatieve en naïve gedachte ervan uit te gaan dat die mensen hun werk minder goed doen omdat ze er voor uit komen gelovig te zijn. Alleen bekrompen burgermannetjes die in de oorlog fout zouden zijn geweest maken daar een probleem van. Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
|
![]() |
||||||
Citaat:
Citaat:
Maar goed, jij vindt het dus geen probleem als je wordt geholpen door een nationaal-socialistische ambtenaar? Citaat:
Citaat:
Citaat:
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() Overigens staat er in de desbetreffende passage de clausule dat de glorie van de islam uiteindelijk toch zal overwinnen op de ongelovigen (of iets van die strekking). |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
__________________
Wie niet springt, is een Jood ( citaat van Goebbel)
|
![]() |
||
Citaat:
__________________
Gatara was here! De W van stampot!
|
![]() |
|
Verwijderd
|
Hier een bron uit een ander perspectief, waar ik me niet geheel in kan vinden. Desondanks is het zeer de moeite waard:
[28/01/2004] - Een oproep tot vastberadenheid én voorzichtigheid vanwege onze huiscolumnist Marc Joris in de discussie over de islamitische hoofddoek. De Azteken waren briljante wetenschappers, architecten en sterrenkundigen, maar hun religieuze rituelen waren van een nachtmerrie-achtige, bijna psychopathische wreedheid. In hun tempels en op hun reusachtige trappenpiramiden werden honderdduizenden mensen geofferd. Hun borstkas werd opengesneden en hun hart werd uitgerukt ter ere van de zon. De slachtoffers werden gevild en de hogepriesters kleedden zich als Hannibal Lectors avant la lettre in hun bloedende huid. Met het vlees van de lichamen werden daarna kannibalistische rituelen aangericht. De “bloemenoorlogen” van de Azteken waren niet alleen gericht op gebiedsuitbreiding. Het waren grootscheepse, goed georganiseerde mensenjachten die bedoeld waren de goden van voldoende offers te voorzien, en de gelovigen zelf van voldoende mensenvlees. Stel U voor dat de religie van de Azteken was blijven bestaan. Stel U voor dat de gelovigen daarvan nog steeds elk jaar tienduizenden mensenoffers brachten om de goden gunstig te stemmen en de levenskracht van de zon in stand te houden met een stroom van levende harten. Zou de godsdienstvrijheid ook voor hen onverkort van toepassing kunnen zijn? Zouden wij Azteekse immigranten in ons land de vrije teugel kunnen geven bij het beleven van hun religie? Grenzen aan godsdienstvrijheid? Dat is niet zo absurd of theoretisch als het misschien lijkt. In sommige gebieden in Latijns-Amerika worden nog steeds mensenoffers gebracht. In Afrika en het Caraïbische gebied bestaan er nog steeds magisch-religieuze systemen waarin mensenoffers, kannibalisme en het ritueel gebruik van menselijke organen schering en inslag zijn. In Afrika wordt dit soort magie muti genoemd, naar het Zoeloewoord voor medicijn, maar het gebruik bestaat onder verschillende namen in heel zwart Afrika. In enkele landen van zuidelijk Afrika zijn al gevallen gemeld van jongens die door orgaanhandelaars werden ontvoerd en gecastreerd. Men kan de macht van een man ook overnemen door zijn hart of zijn lever op te eten. Om het magische effect optimaal te houden, worden de organen bij voorkeur “geoogst” van slachtoffers die nog leven. De kreten van pijn en doodsangst worden geacht de toverkracht te versterken. Vele Afrikaanse zakenlui, winkeliers en politici doen beroep op zulke rituelen om succes af te smeken. Soms laten ze bijvoorbeeld een mensenhoofd begraven onder hun winkel of hun kantoor. En in het kielzog van de ongecontroleerde immigratie komen vergelijkbare praktijken steeds vaker ook in Europa voor. Tja, moet dat ook onder de godsdienstvrijheid vallen? Of – horresco referens! – stel U voor dat Adolf Hitler zich niet had beroepen op een ideologisch mengsel van socialisme, warrige rassentheorieën en politieke frustraties over de nederlaag van 1918, maar dat hij zichzelf had uitgeroepen tot een profeet van Odin, die handelde in opdracht van de goden uit het Walhalla? Als hij in plaats van een politieke beweging nu eens een nieuwe godsdienst had gesticht, waarin de Ariërs de uitverkorenen van de goden waren, en de andere volkeren alleen een plaatsje konden krijgen als hun nederige slaven? Zou de godsdienstvrijheid dan ook voor die religie moeten gelden? Voor alle duidelijkheid: het gaat hier slechts om een gedachtenexperiment over de draagwijdte van godsdienstvrijheid. De echte Hitler geloofde helemaal niet in Odin of de Germaanse goden. Hij vond dat allemaal onzin en hij liet zelfs alle odinistische groepjes in Duitsland verbieden en vervolgen. Dat waren in zijn ogen gevaarlijke en warhoofdige romantici, waar niets mee te beginnen was. De nazi’s waren wel ecologisten, maar geen Odinaanbidders. Bidders en beulen In zijn memoires vertelt de Dalai Lama hoe één van zijn medewerkers diep geschokt terugkwam van een conferentie met leden van de Chinese communistische partij. Daar hadden ze hem gevraagd hoe je in het Tibetaans moest zeggen: “Maak hem af!” Die vrome monnik was onthutst en geschrokken dat men zo kon spreken over het doden van mensen. En in de Tibetaanse cultuur, waar zelfs het doden van de nederigste dieren taboe is, waar vrome mensen zelfs geen insecten doodslaan, moet dat inderdaad een clash of civilizations zijn geweest. Het vredelievende, spirituele lamaïstische boeddhisme met zijn absolute geweldloosheid is één kant van het religieuze spectrum. De Azteken met hun mensenoffers en hun rituele kannibalisme en de moslims met hun djihad en hun verheerlijking van sectarische moorden staan aan de andere kant. Maar sommige subtiele denkers steken dat allemaal in dezelfde zak: allemaal godsdiensten, die allemaal over dezelfde kam geschoren moeten worden. En als je voorzichtig oppert dat je toch een onderscheid moet maken tussen de verschillende religies en levensbeschouwingen, dat ze niet allemaal even onschuldig of allemaal even kwaadaardig zijn, dan word je op hysterische toon van discriminatie beschuldigd. Er is een nieuw soort politieke correctheid ontstaan, een nieuw soort absurd relativisme, waarin je opzettelijk blind moet zijn voor al die verschillen. Je moet doen alsof er geen moer verschil is tussen vrome, mediterende monniken en religieuze kannibalen die mensenoffers brengen. Dat verschil is er natuurlijk wel, en het is levensbelangrijk. We mogen er niet blind voor zijn. We moeten het integendeel heel goed observeren, en heel duidelijke scheidingslijnen trekken, tussen de mystici en de moordenaars, tussen de bidders en de beulen, tussen de Dalai Lama en ayatollah Khomeiny, tussen moeder Teresa en Osama bin Laden. Het is niet omdat we de volgelingen van de Dalai Lama iets toestaan, dat de moslims, de Azteken of de muti-tovenaars er ook recht op hebben. Beperkt en wederkerig Na de jodenvervolgingen, de massamoorden op de Katharen en de godsdienstoorlogen tussen protestanten en katholieken die Europa eeuwenlang hadden verscheurd, was de ontwikkeling van concepten als gewetensvrijheid, godsdienstvrijheid en religieuze tolerantie een bevrijdende stap voorwaarts. De bijdragen van Locke, Thomas More, Erasmus en Coornhert aan de uitdieping van deze idealen kunnen niet genoeg naar waarde geschat worden. Zij hebben de westerse beschaving fundamenteel tot een hoger niveau gebracht. Zonder die ontwikkeling zou het westerse vrijheidsbegrip nooit een volwaardige invulling gekregen hebben. Maar in wezen hadden hun concepten van godsdienstvrijheid en wederzijdse tolerantie een relatief beperkt toepassingsgebied: het ging om de verhoudingen tussen katholieken en protestanten van verschillende obediënties. Pas in een latere fase golden die godsdienstvrijheid en die tolerantie – dikwijls met veel reserves!- ook ten opzichte van de joden. In moderne termen zouden we zeggen dat de problemen én de oplossingen volledig binnen een westerse, joods-christelijke context gesitueerd waren. De verschillen die overbrugd moesten worden, waren naar onze normen relatief klein. Erasmus pleitte nog met groot enthousiasme voor oorlogen tegen de Turken. Geen haar op zijn verstandige hoofd zou eraan gedacht hebben de godsdienstvrijheid uit te breiden tot de islam. Hetzelfde gold trouwens voor zijn pacifisme: hij betreurde de nutteloze oorlogen tussen christelijke Europese vorsten, maar hij vond dat zijn tijdgenoten zich weerbaar moesten opstellen tegenover de Turken. Wij proberen nu het zestiende-eeuwse begrip van godsdienstvrijheid tussen katholieken, protestanten en joden klakkeloos toe te passen in een totaal verschillende context, op godsdiensten die oneindig veel meer van elkaar verschillen dan de katholieken en de calvinisten uit de prille Republiek der Nederlanden. Ik pleit hier uitdrukkelijk niet voor een beperking van de godsdienstvrijheid tot de joods-christelijke religies, of tot het monotheïsme. Het kader dat voor alle praktische doeleinden voldeed in de zestiende en zeventiende eeuw is nu volkomen ontoereikend. Men moet het begrip godsdienstvrijheid nu veel ruimer interpreteren en toepassen. Maar we mogen ook niet opzettelijk blind zijn voor de valkuilen, de contradicties en de potentiële autodestructieve elementen die uit een ondoordachte toepassing van dat nobele begrip kunnen voortkomen. Eén van de vereisten om godsdienstvrijheid en tolerantie een stabiele invulling te kunnen geven is de wederkerigheid ervan. Zelfs de minst filosofisch geschoolde geest voelt dit aan: het moet van twee kanten komen. Wie zich beroept op godsdienstvrijheid, moet die vrijheid ook aan anderen gunnen. Cynisme en hypocrisie De islam faalt in dat opzicht zowel op het macro- als op het microniveau. Op macroniveau is er nauwelijks één staat met een islamitische meerderheid waar godsdienstvrijheid bestaat. In theorie komt Turkije aardig in buurt van het westerse concept van godsdienstvrijheid, maar in praktijk is de toestand van de christelijke minderheden er onhoudbaar. En zelfs het hedendaagse Turkije heeft zich nooit gedistantieerd van de Armeense genocide die in 1915 begon, en waarbij minstens een miljoen christenen werd afgeslacht. Die volkerenmoord wordt nog steeds goedgepraat of glashard ontkend. Het islamitisch recht stelt nog altijd onomwonden dat “afvalligen” gedood moeten worden. Volgens de strengste interpretatie moet zo’n onverlaat dadelijk afgeslacht worden, zonder enige vorm van proces. Volgens de gematigden moet hij de kans krijgen voor een rechtbank te verschijnen, en als hij dan zijn dwaling herroept kan hij gespaard worden. Maar als hij volhoudt dat hij geen moslim meer is, dan is er maar één straf denkbaar: de dood. Ook op het microniveau van de islamitische familie is de godsdienstvrijheid onbestaande: als moslims ontdekken dat één van hun zonen of dochters zich in het geheim tot een andere religie heeft bekeerd – meestal het christendom – dan zullen ze hem of haar heel dikwijls onmiddellijk vermoorden om die verschrikkelijke schande voor de buitenwereld verborgen te houden. In de meeste moslimlanden worden zo’n moorden trouwens gewoon geseponeerd. Maar diezelfde moslims beroepen zich hier wel op de godsdienstvrijheid. Op een ideaal dat zij elders openlijk verkrachten, vertrappen en miskennen. Typisch voor dit cynische misbruik van nobele begrippen was die ene islamitische vrouw die op een demonstratie tegen het verbod op hoofddoeken de aandacht trok doordat zij op haar wangen de woorden “liberté” en “égalité” had geschilderd. Twee idealen die voor een moslimvrouw even onbereikbaar zijn als de ringen van Saturnus. De vis verdrinken Ondermeer daarom is het baarlijke nonsens om àlle “opvallende religieuze symbolen” van àlle godsdiensten te willen verbieden zoals Dewael in Vlaanderen en Chirac in Frankrijk dat van plan zijn. Omdat men het niet aandurft de islam en het moslimfundamentalisme bij naam te noemen, probeert men de vis te verdrinken door het heel vaag - en heel laf! – te hebben over “opvallende religieuze symbolen”. In een communistische staat kan men religieuze symbolen misschien uit het openbare leven verbannen, maar in een vrije, democratische samenleving niet. Daardoor dreigen miljoenen onschuldige en vreedzame christenen, joden, boeddhisten en andere gelovigen in één zak gestopt te worden met islamitische fanatici. Het gaat natuurlijk niet om religie in het algemeen. Het gaat om de islam en het fundamentalisme. Die koppige weigering om een verstandig onderscheid te maken tussen verschillenden soorten godsdiensten kan tot absurde ontsporingen leiden, die ronduit bedreigend zijn voor de burgerlijke vrijheden, ook op terreinen die belangrijker zijn dan kledijvoorschriften en symbolen. In Nederland maakt men zich terecht grote zorgen over de nefaste invloed van vele islamitische scholen, die broeinesten zijn van fundamentalisme, haat en antisemitisme. En welke maatregel stelt men voor? De sluiting van die moslimscholen? Nee, een verbod op àlle onderwijs op religieuze basis. Waardoor ook een groot aantal brave katholieke, evangelische en zelfs joodse schooltjes verboden zouden worden. Alsof dààr ooit terroristen of djihadis uit zijn voortgekomen. Voor een deel is dit de oplossing van lafaards die de confrontatie met de islamitische vijand niet openlijk durven aangaan. En verder zijn er natuurlijk – vooral in Frankrijk en in zijn vazalstaat België – de fundamentalisten van het secularisme die elk voorwendsel aangrijpen om ook de laatste sporen van christendom of christelijke cultuur uit onze samenleving te verbannen. Zij zijn de geestelijke erfgenamen van de Grote Terreur uit de periode na de Franse revolutie, toen in een verschrikkelijke beeldenstorm honderden kloosters, kerken en kathedralen met een onschatbare cultuurhistorische waarde werden verwoest. De Godin van de Rede zat op de troon, maar het bloed droop wel van de guillotines en in de Vendée werden de katholieke boeren bij tienduizenden uitgeroeid. Die seculiere fundamentalisten hebben in Frankrijk meer verwoestingen aangericht en meer mensen afgeslacht dan alle inquisiteurs uit de voorgaande eeuwen samen. Vrijheid De fanatieke secularisten die nu elk teken van religie uit het openbare leven willen verbannen, verliezen daarbij een aantal essentiële verschilpunten tussen de islam en de andere religies uit het oog. Om te beginnen de vrijheid. Het kruisje van de katholieken, de davidsster of het keppeltje van joodse mannen en de religieuze gewaden van monniken en nonnen worden vrijwillig gedragen. In de middeleeuwen was dat nog anders, maar nu kunnen christenen of joden zonder enig probleem hun geloof overboord gooien als zij dat willen. In onze seculiere maatschappij hebben tientallen miljoenen mensen dat gedaan. Als gelovige betreur ik dat, maar in een vrije maatschappij hebben mensen het recht dat te doen. En zelfs de gelovigen die trouw blijven aan hun religie, zijn niet verplicht daarvan de uiterlijke kentekenen te dragen. Er worden geen joodse jongens vermoord omdat ze atheïst worden of omdat ze geen keppeltje willen dragen. Niemand zet een prijs op het hoofd van priesters of nonnen die uittreden. Er worden geen journalisten of schrijvers vermoord omdat zij de spot drijven met de paus, het christendom of het jodendom. Er zijn geen christelijke, joodse of boeddhistische tegenhangers van Salman Rushdie meer. Maar die vrijheid is in de islamitische denkwereld volledig onbestaande. Islamitische meisjes hebben bitter weinig keuzevrijheid als het op kledij, sluiers of hoofddoeken aankomt. Meisjes en vrouwen die weigeren de sluier, de hoofddoek of de burqa te dragen worden zeer vaak het slachtoffer van brute represailles. Ze worden vermoord, overgoten met zwavelzuur of met scheermesjes bewerkt. In Algerije werden leraressen vermoord omdat ze “onislamitisch” gekleed waren. Zelfs in migrantenwijken in Franse steden worden meisjes die zich niet islamitisch kleden dikwijls het slachtoffer van intimidatie en geweldpleging. Heel vaak worden weerspannige meisjes onderworpen aan groepsverkrachtingen. Een vrouw zonder sluier of hoofddoek is in de ogen van vele moslimmannen immers nauwelijks beter dan een prostitué. Mia Doornaert heeft daar nog eens op gewezen in een heel moedige column in De Standaard. Zij schreef onder meer: “Mag een vrijgevochten vrouw, die naar het lot van haar zusters in islamitische paradijzen kijkt, nog zeggen dat ze wel goed gek zou zijn als ze niet islamofoob was? De discussie over de hoofddoek baadt in die heilloze dubbelzinnigheid. Het is waar dat die hoofddoek als symbool stuitend is. En het is verschrikkelijk dat zoveel vrouwen hun statuut van minderwaardigheid zo verinwendigd hebben dat ze de hoofddoek als een deel van hun identiteit claimen.” Het zou ons niet mogen verbazen. Tijdens de slavenopstand van Nat Turner in 1831 vochten vele zwarte slaven met groot enthousiasme tegen de opstandelingen om de huizen en landerijen van hun blanke meesters te verdedigen. Niet alleen lieten ze hun enige kans op ontsnapping verloren gaan, ze vochten zelfs heel dapper voor hun eigen slavernij. De menselijke geest is een duister labyrint… Mia Doornaert gaat verder: “Daarnaast dragen veel vrouwen en meisjes de hoofddoek om allerlei redenen, omdat ze thuis onder druk staan, omdat ze voor “zeug” en “hoer” uitgemaakt worden als ze blootshoofds rondlopen, omdat ze in sommige wijken zelfs mishandeling en groepsverkrachting riskeren als ze “westers” gekleed gaan. Het is niet gemakkelijk voor een kind of een tienertje tegen zo’n druk en zo’n dreiging in te gaan.” Aan welke kant moet de overheid hier staan? Aan de kant van de onderdrukkers? Of aan de kant van de slachtoffers? De overheid heeft niet alleen het recht een einde te maken aan die terreur en die dwang. Ze heeft de verdomde plicht dat te doen. En een verbod op de hoofddoek kan daarbij een eerste aanzet zijn. Zo’n verbod is natuurlijk absoluut onvoldoende. Maar het zou wel een goed begin zijn. Lidmaatschap en minderwaardigheid Een kruisje aan een halsketting, het habijt van een kloosterzuster, de pij van een ouderwetse monnik, het joodse keppeltje of zelfs de tulband van de Sikhs zijn symbolen van lidmaatschap. Ze drukken uit dat de drager tot een bepaalde religie behoort, of tot een bepaalde gemeenschap binnen die religie. Ze zijn geen symbolen van onderdrukking of minderwaardigheid. De islamitische hoofddoek is dat wel. Daarmee wordt de minderwaardige status van de vrouw beklemtoond. Zij is de bron van alle wellust, alle verleiding en alle zonde. De vrome en rechtschapen islamitische mannen kunnen alleen tegen die verderfelijke invloed worden beschermd door de vrouwen zo onzichtbaar mogelijk te maken. Hoofddoeken, sluiers, burqa’s en kolenzakjurken passen allemaal in die absurde logica. Ayatollah Rafsanjani drukte dat heel duidelijk en ondubbelzinnig uit: "Het is de plicht van vrouwen om hun hoofd te bedekken, omdat het haar van vrouwen vibraties uitstraalt die mannen opwinden, misleiden en corrumperen". De hoofddoek is trouwens nog het minst wrede en onrechtvaardige aspect van de islamitische onderdrukking van vrouwen. Alleen al in de koran vinden we nog veel pittiger staaltjes. Soera 4, 34 zegt met ontwapenende openhartigheid dat Allah de man boven de vrouw heeft bevoorrecht, dat vrouwen hun man moeten gehoorzamen, en dat een man zijn echtgenotes mag slaan als hij vreest dat ze “ongezeglijk” zullen worden. Soera 4, 176 bepaalt dat een dochter bij een erfenis slechts half zo veel krijgt als een zoon. Soera 2, 282 is nog erger. Daarin wordt bepaald dat de getuigenis van één man opweegt tegen die van twee vrouwen. Een heel handige soera voor verkrachters: voor een rechtbank weegt het woord van de mannelijke dader altijd zwaarder dan dat van het vrouwelijke slachtoffer. Op basis van soera 65, 1 is wettelijk vastgelegd dat een man zijn echtgenotes mag verstoten zonder dat hij zich daarvoor moet verantwoorden. Bijvoorbeeld gewoon omdat hij één vrouw van veertig wil ruilen voor twee van twintig. Maar omgekeerd kan een vrouw nooit een huwelijk laten ontbinden, zelfs niet als ze mishandeld wordt. En dan is er natuurlijk de gruwelijke praktijk van de besnijdenis van meisjes, die volgens het islamitisch recht toegelaten en soms zelfs aanbevolen is. Die gaat niet terug op de koran, maar op de hadiths. Vergeleken daarmee is de hoofddoek natuurlijk slechts een akkefietje. Maar het is wel een heel symbolisch akkefietje. Het is een pars pro toto voor de islamitische verachting voor vrouwen, voor de haat, de vernedering en de terreur. Vijandschap De boeddhisten, de hindoes of de joden zijn onze vijanden niet. Zij hebben nooit geprobeerd Europa te veroveren. Zij hebben nooit honderdduizenden Europeanen als slaven weggesleept voor hun galeien, hun harems, hun landerijen en hun steengroeven. Zij hebben nooit onze kuststeden geplunderd, ze hebben nooit honderdduizenden “christenhonden” uitgeroeid. De moslims hebben zich daar meer dan duizend jaar lang mee vermaakt, en zij denken nog steeds met spijt en heimwee terug aan die heerlijke tijd. Die eeuwenoude vijandigheid is misschien het meest fundamentele onderscheid tussen de islam en de andere religies. Een kruisje, een keppeltje, het gewaad van een boeddhistische monnik of zelfs de krijgshaftige tulband van een Sikh zijn geen uitingen van vijandschap tegenover de westerse beschaving. De hoofddoek als islamitisch symbool is dat wel. Tijdens een moslimconferentie in Genk werd dit enige jaren geleden bijzonder duidelijk verwoord door Kalim Siddiqui, de stichter van het Britse moslimparlement: "Een vrouw die de hidjaab draagt, draagt de vlag van de islam. Het is de hoofddoek die de maat aangeeft voor het verschil tussen de islam en het westen. De moslimvrouw zegt openlijk en uitdagend dat de westerse beschaving onaanvaardbaar voor ons is, dat ze een ziekte is, een pest voor de mensheid, en dat alleen de islam de mens waardigheid kan geven." Dames en heren wetgevers, verbied de hoofddoek. Het zou een eerste symbolische overwinning zijn. En trek daarna écht ten strijde tegen het islamitisch fundamentalisme. Sluit de moskeeën die als propaganda- en recruteringscentra voor djihadis worden gebruikt. Ontmantel de financiële constructies die hen toelaten miljoenen aan oliedollars te incasseren. Geef geen asiel meer aan fundamentalisten. Gooi de fanatiekste imams eruit. Zorg dat ons continent in de éénentwintigste eeuw niet opnieuw verscheurd wordt door godsdienstoorlogen. Maar doe dat allemaal doelgericht, met wetten die als lasergeleide wapens alleen het doelwit treffen. Maak er geen tapijtbombardement van dat àlle gelovigen van àlle religies teistert. |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() |
![]() |
|
*komt laat aan huppelen*
(sorry als dit al eens gezegt is) Het belet de vrije meningsuiting van de Moslims. Op openbare plaatsen mogen ze zoals elk ander hun geloof beleiden, als hoofddoeken daarmee gepaard gaan, zo zie het. Ze doen er niemand mee kwaad, het is misschien voor enkelingen een door in het oog. Je kunt je immigratie niet stoppen zo, of de vermeningen van de rassen/geloofsovertuigingen...
__________________
isn't it ironic- play a mind game with me honey-
|
![]() |
|||||
Verwijderd
|
PGWR schreef op 17-02-2004 @ 22:45:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
|
![]() |
||
Citaat:
ok dan mag je ook geen sieraden meer dragen met kruizen, peace-tekens, pentagrammen etc etc, geen badges of andere statements meer op je kleding of tas plakken of schrijven, geen nagellak meer op, piercings, petten of van die hiphop theedoeken dragen etc etc komt het dan zover??? flikker toch op met je aanpassen en Nederland moet helemaal niet lullen over "aanpassen" want Nederlanders passen zich ook niet aan als ze in een ander land verblijven.
__________________
`·.¸¸.·´´¯`··._.·It's self-perpetuating a parahumanoidarianised®! `·.¸¸.·´´¯`··._.·
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
De hoofddoek was vroeger ook in Nederland, katholieke vrouwen moesten bij bevoorbeeld katholieke vergaderingen een hoofddoek dragen en in de kerk was het gebruikelijk dat je een hoed droeg. Ook is het niet waar dat westerlingen niet geloven, dat is mijn inziens kortzichtig. Moslims zijn wat mij betreft als ieder ander welkom, maar ik vind, aangezien je hier woont, je ook moet aanpassen aan de wetten van het land. Over het uitoefenen van je geloof zeg ik niets, dat is jouw keuze. Maar je kunt niet zomaar ergens in een land gaan wonen en niet de wetten ervan accepteren. Het Westen is nou eenmaal niet Islamitisch ingesteld. |
![]() |
|||||||
![]() |
@ ertan
Citaat:
Als Allah alles ziet en weet kan hij later ook wel zelf bepalen of die vrouwen zich als goede moslim heeft gedragen. Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Nog zo'n mooie, veel van die mooie gebedshuizen zijn betaald met gemeenschapsgeld. Aangezien prostitutie legaal is in Nederland is dit geld mede afkomstig van hoeren. Een "goede" moslim zou dit geld nooit mogen aannemen. Het lijkt me vrijwel onmogelijk om een goede moslim in Nederland te zijn. Om terug te gaan naar het onderwerp, wat mensen doen in hun prive leven is hun zaak. De overheid kan prima voorschrijven dat voor hun functies mensen er neutraal uitzien. Als een moslima het er niet mee eens is, solliciteert ze maar voor een andere baan. |
![]() |
|
We moeten voor alles opstaan of niet mensen?
Maar denk je niet dat Frankrijk niet eerst 100 x heeft nagedacht voor ze hun regels invoeren. Kijk wat het hele punt is (en sommige snappen dat niet) Mensen worden geïntimideerd of voelen zich bedreigt als ze met een explosief vertoon van geloofssymbolen worden geconfronteerd, andere ergeren zich er weer dood aan. Ikzelf heb er niet veel op tegen maar ik kan me indenken dat zulk vertoon groeperingen uit elkaar drijft. Voorbeeld: Alle groepen zullen (eerder) zich gaan scheiden van elkaar; in de klas, aula, schoolplein, ze zullen dus weinig contact hebben met mensen buiten hun eigen groep (heerlijk voor de intergratie, joh). Die scheiding wil de overheid verkomen en daarom verbieden (of willen ze verbieden) elke uiting van welk geloof dan ook. Ook snap ik best dat de atheïsten het soms helemaal zat worden (van welk geloof dan ook). 1 ding snap ik niet helemaal; de christelijke kruizen en joodse keppeltjes zijn ook verdwenen van de scholen. Terwijl de joden verplicht zijn een keppeltje te dragen (op sommige feestdagen) ~van de christen ken ik hun dress-code niet zo goed~. Die mensen zie je ook niet op school toch ook niet moeilijk doen? (althans ik heb heel mijn leven nog nooit een christen met een kruis zijn zwaaien of een jood met een keppeltje op buiten huis). Terwijl ik ze wel ken (de gelovige joden en christen ~buiten school~ ). Die 2 geloven zijn losser geworden en wat minder streng met de regels om leren gaan (natuurlijk zijn er extremistische christen/joden/). Dan kunnen de moslims toch ook misschien wat minder streng zijn? *Ik trek geen partij en wil geen groep benadelen (voor de mensen die het verkeerd opvatten) |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
en ik denk dat een hoofddoekje nog wel wat anders is dan een klein kruisje, sterretje of peace tekentje. die verbergen je hoofd niet. ![]() |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
![]() ![]()
__________________
I've got two(2) words for you: Keep it Real!
|
![]() |
||||||||||
Citaat:
dat laten ze aan de koran over. Citaat:
Citaat:
oveirgens dragen in Iran de vrouwen tegenwoordig wel de hoofddoek dat het haar achter de hoofddoek zichtbaar is. Citaat:
anorexia Citaat:
maar het zijn dan ook maar respectievelijk weinig moslimas die een chador of burqa dragen dat is echt niet verplicht. Citaat:
Citaat:
Citaat:
![]() Citaat:
|
![]() |
|||
Citaat:
Citaat:
![]()
__________________
I got a way with words, I use words in ways...
|
![]() |
||
Citaat:
__________________
I got a way with words, I use words in ways...
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
|
![]() |
||
Citaat:
__________________
I got a way with words, I use words in ways...
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
|
![]() |
|||||||
![]() |
Citaat:
Owja? Hoeveel van die mensen hebben daadwerkelijk de koran gelezen en bestudeerd? Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
Citaat:
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
|
![]() |
||
Citaat:
|
![]() |
||
Citaat:
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
|
Advertentie |
|
![]() |
|
|