*ik geef hieronder de tekst met de nodige correcties weer*
Liebe E-mail Freundin,
*zowel E-mail als Freundin moeten beide met een hoofdletter worden geschreven*
ich habe in der Woche vom 12. bis zum 16. Februar mein Schnüffelpraktikum gemacht.
*In het Duits begint de eerste zin na de aanhef altijd met een keleine letter. In heeft hier de derde naamval, dus krijg je "in der Woche", 12 februari vertaal je als den 12. Februar, waarbij de punt de uitgang -en bij zwölften voorstelt, dus "van 12 februari tot 16 februari" vertaal je als "vom 12. bis zum 16. Februar". Praktikum is onzijdig, dus krijg je "mein Schnüffelpraktikum"*
Ich habe das gemacht in einer Reitschule für untaugliche Leute.
*Je krijgt alleen haben na wir, sie als meervoud en Sie. In heeft hier ook de derde naamval, dus krijg je "in einer Reitschule". Untauglich betekent ondeugdelijk of onbruikbaar, maar ik neem aan dat je dat niet bedoelt. Wat bedoel je dan wel?

*
Der Name (von) dieser Reitschule ist 'De blijde ruiters'.
*von heeft de derde naamval, dus krijg je "von dieser Reitschule", maar je kunt von ook weglaten en de tweede naamval "dieser Reitschule" gebruiken omdat er sprake is van een bezit (de naam van de rijschool)*
Ich habe dort mein Schnüffelpraktikum gemacht weil ich mit Pferden arbeiten will.
*Pferden moet met een hoofdletter omdat het hier om een verbogen meervoudsvorm van een zelfstandig naamwoord gaat, en in het Duits wordt een zelfstandig naamwoord altijd met een hoofdletter geschreven. Let verder op het verschil in werkwoordsvolgorde tussen het Duits en het Nederlands.*
Ich habe einde Schnüffelpraktikum gemacht weil wir erlernen auf diese Weise, das Job betroffen wird.
*Het is me niet duidelijk wat je hiermee precies bedoelt

*
Ich habe nicht soviel gelernt weil ich bereits mit Pferden gearbeitet habe.
*Een voltooid deelwoord eindigt in het Duits nooit op een d, maar kan alleen op een t eindigen. Let verder op het voltooid deelwoord van het werkwoord arbeiten.*
Ich habe in meinem Schnüffelpraktikum gearbeitet von acht Uhr bis sechs Uhr.
Die Person die mich begleitet hat heisst Astrid, und sie war Lehrerin.
*Je gebruikt alleen mir als er sprake is van een meewerkend voorwerp, of als je een voorzetsel of werkwoord met de derde naamval gebruikt. Omdat hier sprake is van een lijdend voorwerp moet je de vierde naamval gebruiken, dus krijg je mich. De verleden tijd was wordt in het Duits vertaald met war. Was kan in het Duits alleen "wat" betekenen. Net als in het Nederlands heeft het Duits naast het mannelijke woord Lehrer een bijbehorend vrouwelijk woord Lehrerin.*
Es hat mir gut gefallen, aber was mir nicht so gut gefallen hat, ist dass ich nicht auf den Pferden reiten konnte.
*je gebruikt hier dass omdat er sprake is van een voegwoord*
Nach dieser Erfahrung bin ich erleichtert, dass ich in die Schule gehe.
*Nach heeft de derde naamval, dus krijg je "Nach dieser Erfahrung". Entlastet is hier niet zo goed bruikbaar, erleichtert wel. Op school zitten wordt vertaald als "in die Schule gehen".*
Viele Grüße
*in het Duits krijg je na een slotformule nooit een komma*
Suzanne