Advertentie | |
|
21-06-2008, 22:01 | |
Bedankt voor jullie hulp
De uitleg van ILUsion en mathfreak hebben we hier in 2havo nog niet gehad dus ik zat wel ff te kijken van ´Huh´ XD. maar toch bedankt misschien handig voor volgend jaar Fingon bedankt, ik snap het nu =D Ik moet goed voorbereid zijn op het pw maandag, dus weet iemand misschien een goede site waarop je kunt oefenen ofzo? Ik maak ook een paar sommetjes in het boek om te oefenen en daarin kwam ik deze tegen 100x²=x 't is misschien een simpel sommetje maar ik snap hem niet (A) |
21-06-2008, 22:16 | |
100x² = x
100x² - x = 0 x(100x - 1) = 0 x(x - 1/100)*100 = 0 x(x-1/100) = 0 Dus x is 0 of x = 1/100 Altijd, maar dan ook altijd herleiden naar 0. En dan komt het erop neer om gelijke factoren af te zonderen, dus in dit geval simpelweg x, over het algemeen zal het eerder (x - a) zijn of iets dergelijks.
__________________
vaknar staden långsamt och jag är full igen (Kent - Columbus)
|
22-06-2008, 10:30 | |
Op http://wiskunde.ebrodesign.com/index.php?gr=1&id=26 vind je een nadere uitleg over het oplossen van tweedegraadsvergelijkingen.
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|
23-06-2008, 11:35 | ||
Citaat:
Krijg je: 100x² = x {beide kanten door x delen} 100x = 1 {beide kanten door 100 delen om aan één kant 1x over te houden} x = 1/00 Wat je probeert te doen is de som zoveel mogelijk herleiden naar een makkelijker vergelijking, vervolgens x afzonderen zodat je enkel hebt staan: x = antwoord. |
23-06-2008, 16:11 | |
@flyaway:
dat gaat ook, maar zoals je daarmee zelf al aantoont, verlies je een oplossing: x = 0, want die heb je daarmee weggedeeld. Jouw methode mag, maar je moet dan wel de veronderstelling maken dat x verschillend is van 0; en die mogelijkheid dan ook nagaan en opschrijven. In het echte leven ga je jouw methode dan ook inderdaad gebruiken, omdat je x = 0 vanuit je dikke teen voelt aankomen, de methode die ik geef zal echter steeds werken en voorkomt dergelijke slordigheden (zeker bij het aanleren van vierkantsvergelijkingen is het belangrijk om alle oplossingen te zien, daarna heb je vaak toch het geval dat er eentje geen betekenis heeft (bv. een negatieve concentratie in een chemisch evenwicht)).
__________________
vaknar staden långsamt och jag är full igen (Kent - Columbus)
|
24-06-2008, 10:57 | ||
Citaat:
|
04-07-2008, 11:02 | |
Over de reële getallen zijn die veeltermen ontbonden in factoren. Een trucje dat je daarvoor kan gebruiken is het volgende: stel Y = X², dan krijg je:
X4 + 4 = Y² + 4 en die kan je niet reëel ontbinden (complex wel). Hetzelfde trucje voor de tweede veelterm, geeft ook daar een negatieve discriminant, zodat er geen reële ontbinding bestaat, wel weer een complexe ontbinding. Wat je na het ontbinden van je veelterm in Y i.p.v. X dan moet doen, is gewoon weer X² invullen waar Y staat. Bv. X4 - 4 = Y² - 4 = (Y-2)(Y+2) = (X² - 2)(X²+2) = Deze laatste heeft dus 2 reële wortels, en die laatste tweedegraadsfactor daarin zal ook voor 2 complexe wortels zorgen (), zoals je dus voor een veelterm van vierde graad mag verwachten: 4 (al dan niet complexe) wortels.
__________________
vaknar staden långsamt och jag är full igen (Kent - Columbus)
|
04-07-2008, 17:43 | ||
Citaat:
=(x²+2-2*x)(x²+2+2*x)=(x²-2*x+2)(x²+2*x+2). x4+x²+25=x4+10*x²+25-9*x²=(x²+5)²-9*x² =(x²+5-3*x)(x²+5+3*x)=(x²-3*x+5)(x²+3*x+5).
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|
23-08-2008, 17:10 | ||
Citaat:
Stel x5+x4+x3+x²+x+1 =(x+1)(x²+a*x+1)(x²+b*x+1) =(x+1)(x4+(a+b)x3+(a*b+2)x²+(a+b)x+1) =x5+(a+b+1)x4+(a+b+a*b+2)x3+(a+b+a*b+2)x²+(a+b+1)x+1, dus a+b+1=0, dus a=-b, dus a+b+a*b+2=2-a²=1, dus a=1 en b=-1 of a=-1 en b=1. Je vindt zo dus (x+1)(x²+x+1)(x²-x+1) als de gezochte ontbinding.
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|
24-08-2008, 10:12 | ||
Citaat:
ik vreesde al dat er niemand zou antwoorden omdat het vakantie is |
24-08-2008, 11:58 | |||
Citaat:
Citaat:
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|
24-08-2008, 19:25 | |
en er is nog een oefening die ik niet snap: het gaat over willekeurige driehoeken (cosinusregel, sinusregel )
twee krachten F1=24 N en F2=38N grijpen aan in eenzelfde punt en sluiten een hoek van 47graden24'30" in. bereken de grootte van de resultante en de hoek die de resultante met de grootste kracht insluit. om te beginnen; wat is een resultante? als ik dat weet kan ik het misschien wel oplossen maar leg het mischien anders toch nog maar eens uit ... het antwoord moet zijn: 57N en 18graden'07'37" |
25-08-2008, 17:50 | ||||
Citaat:
=x5+x4+x3+x²+x+1. Dit klopt, dus de deling is correct uitgevoerd. Citaat:
=(x²-x+1)(x²+x+1). Citaat:
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|
30-08-2008, 01:23 | |
Gelieve dat van die krachten niet verder hier te bespreken maar in http://forum.scholieren.com/showthread.php?t=1711658
__________________
vaknar staden långsamt och jag är full igen (Kent - Columbus)
|
Advertentie |
|
|
|
Soortgelijke topics | ||||
Forum | Topic | Reacties | Laatste bericht | |
Huiswerkvragen: Exacte vakken |
[WI] Hulp van een 3 havo (of hoger) student gezocht! Yasminalove | 6 | 01-07-2010 07:50 |