![]() |
|
![]() |
Ik dit ook al gepost op het examenforum maar daar is tot dusver geen antwoord op gekomen. Het gaat over vraag 13 van het laatste examen wb12 ( zie: http://examen.kennisnet.nl/pdf/300010-22.pdf )
Bij deze vraag had ik de volgende oplossing: (1/4 + 1/12) / 2 = 1/6. (1/6)^2 x (5/6)^8 x 10boven2 = antwoord Dus eerst de kans uitrekenen dat een willekeurig (m/v) persoon ziek is door de kans dat een vrouw ziek is en de kans dat een man ziek is bij elkaar op te tellen en het resultaat te delen door 2. Dit mag volgens mij aangezien de groepen even groot zijn. Het antwoordmodel geeft echter een andere bereking bij vraag 13 ( zie: http://examen.kennisnet.nl/pdf/300010-22CV.pdf ) De uitkomst hiervan scheelt negenduizendste (P=0,2907) met de manier van het antwoordmodel (P=0,2997). Maar dit verschil zou natuurlijk aan de afrondingen en de GR kunnen liggen. Dus mijn vraag is of iemand mij kan uitleggen of deze manier goed dan wel fout is? De vraag is 7 punten waard, dus zou fijn zijn als ik hem goed had. |
Advertentie | |
|
![]() |
||
Citaat:
maar een afwijking van 0,009 lijkt me niet veroorzaakt door een gewone afrondingsfout, en zeker niet door een rekenmachine |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
volgens bepaalde berekening die wij altijd moesten gebruiken P(O)= P(M)* P(O|M) + P(V)* P(O|V) = 1/2 * 1/12 + 1/2 * 1/4 = 1/24 + 1/8 = 1/6 zo dan? xx |
![]() |
|
![]() |
Dan snap ik alleen niet waarom er een afwijking van 9 duizenste in het antwoord zit. Want als de kans inderdaad 1/6 is dan gaat de rest van vraag gewoon volgens de regel:
(K boven N) x (kans op succes)^N x (kans op geen succes)^(K - N) met K= het aantal experimenten en N= het aantal keer succes dat geeft dus: 10boven2 x (1/6)^2 x (5/6)^8 x = 0,2907 |
![]() |
|
![]() |
Nou het is geen som uit het boek hoor
![]() T'is een vraag uit mijn afgelopen examen wiskunde B12. In het antwoordmodel rekenden ze het antwoord anders uit, namelijk: De mogelijkheden van 2 zieken uit 10 mensen (mannen met een kans van 1/12 en vrouwen met een kans van 1/4) zijn: - 1 zieke vrouw en 1 zieke man - 2 zieke mannen en 0 zieke vrouwen - 2 zieke vrouwen en 0 zieke mannen Als je daar de kansen van uitrekent bij elkaar optelt dan kom je op een kans van 0,2997 ( zie: http://examen.kennisnet.nl/pdf/300010-22CV.pdf ) Ik heb die stap dus omzeild door van de kans dat mannen ziek zijn en de kans dat vrouwen ziek zijn een algemene kans te maken dat mensen (mannen en vrouwen) in het algemeen ziek zijn. |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
Ik heb het ook geprobeerd in een andere situatie met bijvoorbeeld 10 mannen en 10 vrouwen en de kans dat er 3 mensen osteoporose hebben en het antwoord volgens mijn manier wijkte ook slechts 5 duizenste af van de manier van het antwoordmodel. |
Advertentie |
|
![]() |
|
|
![]() |
||||
Forum | Topic | Reacties | Laatste bericht | |
Algemene schoolzaken |
[TK] Examenbundels, samengevat en antwoordenboekje M&O bubbeaux | 0 | 07-09-2014 14:15 | |
Huiswerkvragen: Exacte vakken |
[WI] Wiskunde A Havo Examenvraag gunnar | 3 | 14-05-2012 18:53 | |
Huiswerkvragen: Exacte vakken |
[WI] Paar examenvragen plomper | 7 | 21-05-2011 17:57 | |
Eindexamens 2008 |
Hoe gaat het leren tot nu toe? flyaway | 245 | 29-05-2008 16:18 | |
Eindexamens 2003 |
Wat lijkt jullie het moeilijkste examen en waarom? break of dawn | 81 | 01-05-2003 15:08 | |
Eindexamens 2003 |
Samengevat/Examenbundel Roos | 24 | 24-04-2003 14:09 |