-------------------------------------------------------
1.
Bij de begrafenis stonden er overal rozen. Ze hadden Richels tekeningen opgehangen, met zijn kleine gedichtjes ernaast. Het was een creatief mannetje. Dirk en ik moesten altijd lachen als hij langs kwam, of als we oppasten. Hij bleef uren tekenen, kon zich richten op de meest kleine details, zo precies voor een mannetje van elf jaar. Hij was ontzettend slim en pakte dingen gelijk op als de leraar ze uitlegde. Hij had zelfs een klas overgeslagen, en zou na de zomer naar de hogere school gaan. Daar had hij zoveel zin in. Hij wilde dokter worden, om alle mensen te kunnen helpen en vooral zijn oma te kunnen genezen van haar ouderdom.
Hij kwam uit een grote groep acht, er waren drie klassen van dertig kinderen. Op de terugweg van zijn laatste kamp zat hij in een auto waarin een kind moest overgeven. Richels broek was helemaal vies geworden en hij was aan de zijkant van de weg uit de auto gesprongen en weigerde terug in te stappen. Ze moesten nog maar zo’n dertig kilometer over de snelweg en dan zouden ze thuis zijn. Dus mocht hij in de kofferbak van de andere auto, dat vond hij wel spannend en stoer. Maar het lot besloot dat de auto hard moest afremmen en de bestuurder gooide geschrokken zijn stuur naar links. De auto sloeg over de kop en Richel werd uit de auto geworpen, over het asfalt, de berm in. In het ziekenhuis overleed hij. Marjan heeft moeten besluiten hem van de beademing te halen, helemaal alleen, want Eriq was er niet.
Het gesprek, waarover ze vertelt in haar brief, is dat waarin ze Eriq vertelt dat Richel overleden is, door haar ‘vermoord’, alleen gelaten. Haar mooiste jongen was er niet meer.
Richels lerares vertelde wat moois over hem en Eriq natuurlijk ook. Marjan zat huilend vooraan en ik zat achter haar. Op den duur schoof ik mijn stoel zover naar voren dat mijn knieën vaststonden tussen onze stoelen. Ik sloeg mijn armen om haar heen en hield haar vast. Ze draaiden Richels favoriete muziek, en Eriq’s moeder las een gedicht van Richel voor, dat zij uitgekozen had.
Vandaag ben ik
wie ik ben
en wie ik ben
zal jij nooit zijn
ik ben bijzonder
zonder woorden
maar met,
ben ik uniek
Toen wij achter zijn kleine kist aan naar buiten liepen, viel iedereen stil. Marjan’s moeder, Margriet, stond buiten te wachten. Marjan liep naar haar toe en vroeg haar wat ze daar deed. Marjan’s moeder zweeg en zo bleven ze een paar minuten tegenover elkaar staan. Toen liep Eriq op haar af, legde zijn arm om haar rechterschouder en gebaarde haar mee te komen. “We moeten afscheid nemen van Richel, Marjan” zei hij zachtjes. Marjan’s moeder keek vuil naar Eriq, maar ze knikte Marjan toe, veegde een traan uit haar gezicht weg en gebaarde Marjan te gaan. Deze draaide om en liep weg. Ook wij keerden Margriet de rug toe en liepen naar onze auto. We zouden achter de taxi van Marjan, Eriq en zijn moeder, naar de begraafplaats rijden.
Bij een hoge gil en een doffe klap, draaiden onze hoofden allemaal geschrokken om. Marjan had zich woest omgedraaid en haar moeder in het gezicht geslagen. “Ik was voor Richel en Eriq alles wat jij nooit geweest bent voor papa en mij”, siste ze haar moeder toe. Dat was de eerste keer dat ik Marjan over haar vader hoorde. Marjan’s moeder draaide zich beschaamd om en beende weg. Marjan moest huilen. Wij stonden met stille, overrompelde blikken toe te kijken en zagen hoe Eriq Marjan, op haar voorhoofd kuste en ze stapten in de taxi.
We begroeven Richel onder een prachtig bed van rozen, die wij een voor een erop gooiden. Marjan vond dat beeld zo mooi en huilde. Ik hield haar vast en liet haar op mij leunen. Eriq pakte een hand vol grond en liet het met trillende hand los boven het graf. We bleven even ademloos kijken, maar toen draaiden we om en liepen we terug naar de aula. Niemand keek meer om.
Sindsdien heb ik Marjan nauwelijks nog gesproken, ze belde heel af en toe. Normaal hadden wij ontzettend lange gesprekken, maar sinds de begrafenis nog maar kort en vroeg zij enkel hoe het met mij ging en andersom. Ze klonk afwezig, haar stem was altijd schor, de verbinding slecht. Dirk zei gisteren dat het best kon dat zij gewoon even op vakantie is, er even tussen uit om alleen te zijn. Het was zo, Marjan kon soms, tot ergernis van Eriq, plotseling vertrekken naar een hotelletje in Amsterdam of Antwerpen, haar favoriete steden. Ik heb aan Eriq gevraagd of hij weet waar Marjan is, maar hij wil van niets weten. Dat snap ik ook al niet. Vandaag ga ik naar haar huis voor een aanwijzing.
2.
Ik steek mijn sleutel in het slot en draai de deur open. Als ik binnen kom moet ik even slikken, Richels jas hangt op, met zijn donker blauwe schoenen daaronder. Alsof hij net thuis gekomen is. Ik sluit de deur achter me en kijk rond. De donkerbruine hal loopt recht op de keuken uit. Een deur eerder, rechts, gaat naar de woonkamer, die daar tegenover is van de trap. Ik ken het uit mijn hoofd, maar voel me net een vreemde. Hoe langer ik hier blijf staan, hoe banger ik word, het is koud en je kunt zien dat hier al een tijdje niemand is geweest. Ik verzet mijn voeten en beweeg me voorzichtig naar de keuken, duw de schuifdeur open en kijk ook hier rond. Er ligt een bord op tafel, met daarnaast een opengeslagen blad, de ‘Libelle’ gok ik. Ik loop iets dichter naar de tafel en zie dat ik gelijk heb. Haar favoriet. Bang om iets aan te raken, stap ik voorzichtig om de tafel heen. Op het aanrecht staat een open pot pindakaas die een walgelijke geur verspreidt. Ik kan me er niet van weerhouden erin te kijken, en deins geschrokken iets terug, schimmel. Er staan kopjes op tafel die niet meer schoongemaakt zijn. Ik voel een brok in mijn keel en het voelt alsof ik zojuist een hap grind heb genomen. Haar leven is opeens gestopt. Zomaar. Ik draai me om en sta in een lege kamer. In gedachte hoor ik haar praten en vertellen, zie ik haar bewegingen maken. Onbewust schuif ik de stoel wat naar achter en zak verslagen neer. Mijn oog valt op het verhaal in het blad genaamd ‘Ik verdween”. Onthutst sla ik het blad dicht, de nieuwste editie was haar laatste. Ik schuif het blad met afschuw weg en kijk vermoeid rond. Boven de keukendeur hangt een cliché gedichtje over het lot. Het lot , alsof dat nog wat voorstelt.
__________________
You're such a fucking freakshow
Laatst gewijzigd op 15-09-2005 om 18:44.
|