Ik studeer nu geschiedenis aan de universiteit in Utrecht, ik zal even wat beschrijvingen geven van leuke opdrachten, ervan uitgaande dat je het interessant vind

.
In de eerste periode hebben we onze eerste paper geschreven van 5000 woorden. Mijn overkoepelend thema was 'Nationalisme en taalpolitiek in 1780-1940'. Ik heb toen Opper-Silezië bestudeerd, dat was vroeger een provincie van Pruisen. Er woonden Poolstaligen en Duitstaligen. Toen Duitsland de Eerste Wereldoorlog achter de rug had moesten ze, zoals je misschien wel weet, het verdrag van Versailles ondertekenen. Daarin stond onder andere dat ze hun provincie Opper-Silezië met al de belangrijke industriegebieden af moesten staan aan Polen. Duitsland vond dat niet eerlijk en de Volkenbond besloot tot een volksstemming onder de Opper-Sileziërs waarbij ze moesten kiezen tussen Duitsland en Polen. Hierbij stemde 60% van de bevolking op Duitsland, maar toch werd het economisch meest belangrijke gedeelte van Opper-Silezië aan Polen toegekend.
Mijn onderzoeksvraag was 'Wat waren de redenen van de Geallieerden om Opper-Silezië ondanks de resultaten van de volksstemming deels aan Polen toe te kennen?'
Als discussievraag heb ik nog behandeld of deze redenen goed waren. Conclusie was namelijk (even kort door de bocht) dat bij deze keus de rechtvaardigheid op een lager pitje kwam te staan doordat de Volkenbond alle grote mogendheden tevreden wilde houden. De Fransen en hun leider Clemenceau waren heel erg uit op wraak, want Duitsland had hen ernstig verzwakt. Dat het industriegebied van Opper-Silezië Polen toekwam was dus waarschijnlijk vooral doordat Frankrijk Duitsland wilde verzwakken.
Was een leuke opdracht, ik had een 7.
Nu volg ik Middeleeuwse Geschiedenis. Elke week tijdens het hoorcollege moeten we een essay van 500 woorden schrijven. Deze verdiepen meestal de stof een beetje. We hadden het bijvoorbeeld laatst over de vikingen, en toen ging onze essayvraag over IJslandse saga's (verhalen) en in hoeverre die nuttig zijn voor historisch onderzoek. Historici geven namelijk de voorkeur aan droge feitelijke bronnen, omdat je van literaire bronnen zoals saga's natuurlijk niet weet of je erop kunt vertrouwen.
Mijn antwoord was kortgezegd dat je saga's goed kunt gebruiken voor historisch onderzoek. Je kunt de gebeurtenissen, personen en dialogen natuurlijk niet voor waar aannemen, maar je kunt de normen en waarden er wel uithalen. IJslandse saga's zijn doordrenkt van eergevoel: mannen moesten zich altijd bewijzen, als je dat niet deed nam je eer af. Daaraan zie je dat eer een grote rol speelde. Daarnaast móet je saga's wel gebruiken, want van IJsland is bijna niets duidelijk omdat er zo weinig bronnen van vóór 1200 zijn.
Uiteraard baseer ik die antwoorden op grote, zeg gerust ENORME lappen tekst. Er wordt nu van ons verwacht dat we ons wekelijks door zo'n 80 engelstalige bladzijdes heen worstelen. Dat klinkt weinig, maar als ik goed wil lezen doe ik ongeveer 3 uur over 20 bladzijden en ik ben géén langzame lezer. Ik vat dan wel meteen het spul samen, anders neem ik niks op.