Als je echt al heel lang met reactievergelijkingen loopt te puzzelen, en je komt er nooit uit, kun je het op een wiskundige manier oplossen. Het is alleen niet de meest voor de hand liggende methode.
Je begint met inplaats van cijfers, letters voor de stoffen te zetten. Een simpel voorbeeldje:
a CH
4(l) + b O
2(g) -> c CO
2(g) + d H
2O(g)
Dan ga je per element kijken hoeveel ervan zijn per molecuul. Een voorbeeldje:
Van het aantal C-atomen: a = c
Van het aantal H-atomen: 4a = 2d
Van het aantal O-atomen: 2b = 2c + d
Kies nu een variabel zelf, Bijvoorbeeld a = 1. Dit geeft c = 1, d = 2, en b = 2. Soms moet je deze getallen dan nog gehele getallen van maken, maar in dit geval niet.
Invullen in de reactievergelijking:
CH
4(l) + 2O
2(g) -> CO
2(g) + 2H
2O(g)
[edit]Trouwens, voor die NH
3 moet nog een 4 staan. Nu heb je te weinig natrium en wateratomen

[/edit]