1. Het is slim om eerst even op te schrijven wat voors en tegens zijn, dan ga je kijken of je zelf voor of tegen bent.
2. Kies dan de drie beste argumenten eruit en kijk welke toelichting je er bij kan geven, dus hoe je het argument verder kan uitwerken.
3. Als je bijvoorbeeld voor de stelling bent, kies je ook 1 tegenargument uit. Die werk je ook uit, want dat zou de tegenpartij kunnen zeggen.
4. Dan ga je het tegenargument weerleggen. Als je het tegenargument niet weerlegt, dan is je tekst niet goed, want waarom zou je pleiten voor de tegenpartij? Als je het weerlegt, dan laat je zien dat de tegenpartij niets in te brengen heeft.
5. Als je al die argumenten hebt uitgewerkt, dan zet je ze in een logische volgorde onder elkaar. Nu ben je al bijna klaar!
6. Schrijf een inleiding. Zet daarin waarom je deze stelling moet doen (niet zeggen: omdat het moet voor school!) en wat je stelling is. Misschien kun je er nog een verhaaltje bijschrijven over hoe leuk of niet leuk tussenuren zijn. Dat verhaaltje hoeft niet lang te zijn.
7. Schrijf nu een slot. Benoem daarin kort nog je argumenten (andere bewoordingen, maar zonder toelichting) en probeer een goede laatste zin te maken, een zin waardoor iemand nog even nadenkt (als dat niet lukt is het geen ramp!)
8. Nu nog een leuke titel erboven
9. spelfouten? Zo niet, inleveren dat ding!
Nog 2 tips: Maak per argument een alinea, dat is erg overzichtelijk voor jezelf en voor je docent en begin iedere alinea met je argument (de kernzin... ken je het begrip?)
als je dit doet... op deze manier.. dan kan er weinig misgaan lijkt me!
Succes!
|