Frans proefwerk

[Caviamax]

Hoi,

Ik heb volgende week een proefwerk Frans en weet een aantal dingen niet. Als iemand me hierbij zou willen helpen, graag!

- Hoe zeg je ''verhindering'' in het Frans
- Hoe zeg je dat je een feestje organiseert?
- Hoe zeg je ''Ga je volgende week mee naar Frankrijk? Ja, ik ga met jullie.''
- Hoe zeg je ''Kennen jullie Isabelle? Ja, ze heeft me ook uitgenodigd voor haar feestje.''
- Hoe zeg je '' Heb je Patrick gezien? Nee, hij is verhinderd. Hij gaat niet met jou naar het concert.''

Hoe vertaal je het volgende goed in deze zinnen:

- Nous … content de te voir Etre
Vous … tous les samedis au resto Manger
Il … presque fini ses devoirs quand je suis arrivé Avoir
Tu … une lettre á l’ordinateur Taper
Je … tousjours mes devoirs avant de manger Faire
On … venir te voir mais te n’étais pas lá Vouloir

Hoe vervoeg de volgende woorden goed?

Infinitif Présent Passé composé Imparfait Futur

Connaître Elle Tu as connu Elles

Connaître Nous connaissons Elle Je On

Voir Je vois On a vu Ils Tu

Voir Vous voyez Je/j’ai It Nous

Venir Tu Vous Nous Je

Welk pers.voornaamw met nadruk moet ik invullen in de volgende zinnen:

- Nathalie va á Paris avec ses parents? Non, elle ne va pas avec...
- Tu sors avec Julie? Oui, je sors avec...
- Vous venez avec moi? Non, nous ne venons pas avec...
- ..., nous adorons le chocolat

Als iemand me wil hepen, graag!

Caviamax

[Gðmndr]

Caviamax schreef:

Hoi,

Ik heb volgende week een proefwerk Frans en weet een aantal dingen niet. Als iemand me hierbij zou willen helpen, graag!

- Hoe zeg je ''verhindering'' in het Frans
- Hoe zeg je dat je een feestje organiseert?
- Hoe zeg je ''Ga je volgende week mee naar Frankrijk? Ja, ik ga met jullie.''
- Hoe zeg je ''Kennen jullie Isabelle? Ja, ze heeft me ook uitgenodigd voor haar feestje.''
- Hoe zeg je '' Heb je Patrick gezien? Nee, hij is verhinderd. Hij gaat niet met jou naar het concert.''

Hoe vertaal je het volgende goed in deze zinnen:

- Nous … content de te voir Etre
Vous … tous les samedis au resto Manger
Il … presque fini ses devoirs quand je suis arrivé Avoir
Tu … une lettre á l’ordinateur Taper
Je … tousjours mes devoirs avant de manger Faire
On … venir te voir mais te n’étais pas lá Vouloir

Hoe vervoeg de volgende woorden goed?


Welk pers.voornaamw met nadruk moet ik invullen in de volgende zinnen:

- Nathalie va á Paris avec ses parents? Non, elle ne va pas avec...
- Tu sors avec Julie? Oui, je sors avec...
- Vous venez avec moi? Non, nous ne venons pas avec...
- ..., nous adorons le chocolat

Als iemand me wil hepen, graag!

Caviamax

Eerst ff zelf proberen.

En hoe die tabel van de werkwoorden ingevuld worden moet, is niet duidelijk. Kun je dat es uitleggen?
Ik ga je helpen, zodra je zelf de opdrachten gemaakt hebt.

[mathfreak]

De vertaling van de eerste 5 zinnen is een kwestie van je woordenboek en een overzicht van de Franse grammatica raadplegen. Bij de volgende 6 zinnen staat steeds het hele werkwoord achter de zin en moet je bij iedere zin de juiste persoonsvorm invullen, dus hiervoor heb je ook een overzicht van de Franse grammatica nodig. De daarop volgende oefening komt ook neer op het bepalen van de juiste vervoeging. Bij de laatste oefening gaat het om de beklemtoonde persoonlijke voornaamwoorden, die je ook in je overzicht van de Franse grammatica terug kunt vinden. Ga daarmee aan de slag.

[Caviamax]

Bedankt voor jullie reacties. Heb het antwoord inmiddels al gevonden!