Buiten, op een kille winterdag
Liep ik, ik voelde niets
Geen kou van buiten maar kou in mijn hart
Ik liep daar om niet te hoeven denken
Niet te denken aan de dingen
die ik niet weten wou
langzaam liep ik
over witte straten
en toen,
werden de wolken lichter
de zon kwam door
en scheen
scheen recht in mijn hart
de kou ontdooide,
de kou verdween
ik liep door de poort
liet een leven achter
ik begon opnieuw, zonder verleden
een helder hoofd
geen nare gedachten
gister, gister liet ik een leven achter
vandaag begin ik opnieuw
|