Dit is voor een vriendin van mij geschreven, ik denk wel dat jullie de achterliggende gedachte er wel kunnen uithalen als ik zeg dat ik het meisje ben en die vriendin heel erg specaal voor me is
Het meisje en de eekhoorn
Er was eens een meisje dat heel gelukkig in een groot bos woonde. Elke dag nam ze het pad dat recht door het bos liep, om in het dorp met haar vriendinnetjes te gaan spelen. Ze speelden de hele dag lang, en als de zon achter de bergen verdween ging het meisje terug langs het rechte pad naar huis. Eenmaal thuisgekomen kroop ze in haar warme bedje en viel als een blok in slaap, klaar om de volgende dag haar vriendinnetjes opnieuw te zien.
Op een dag, toen ze weer naar het dorp wilde gaan, zag ze in het midden van het pad een eekhoorntje zitten. Het was geen gewoon eekhoorntje, neen, het was het liefste eekhoorntje dat ze ooit al gezien had. Ze sloop er zachtjes naartoe en stak haar hand uit. Tot haar grote verbazing liep het eekhoorntje niet weg, maar vlijde zich tegen haar hand aan. Plots, alsof het door een wesp gestoken was, liep het eekhoorntje de struiken in. Het meisje twijfelde. Zou ze van het rechte pad af gaan? Wat zou er gebeuren als ze verdwaalde? Maar toen in haar gedachten het eekhoorntje weer opdook, met zijn lieve snuitje en zijn zachte vacht, besloot ze er achteraan te gaan. Ze kroop op handen en knieën door de dikke struiken heen, en wat ze toen zag was niet te beschrijven!
Duizenden bloemen sierden de plek waar ze terechtgekomen was. Alle soorten die ze kon opsommen zag ze nu voor zich. Het eekhoorntje kwam naar haar toegelopen, het leek wel trots te zijn op dat plekje. Ze keek verrukt om zich heen en kuste het eekhoorntje op zijn snuit. Ze speelden heel de dag tussen de bloemen. En toen de zon achter de bergen verdween ging ze weer naar huis. Zo ging ze elke dag terug naar het eekhoorntje, en elke dag nam hij haar mee naar een andere mooie plaats. Ze werd nog gelukkiger dan voorheen, en langzaamaan vergat ze haar vriendinnetjes, die elke dag tevergeefs op haar wachtten.
Maar op een dag was het eekhoorntje er niet. Ze wachtte en wachtte, de hele dag lang, maar hij kwam niet opdagen. En toen de zon achter de bergen verdween ging ze naar haar bedje, en huilde heel de nacht lang. De dagen daarop ging ze weer naar haar vriendinnetjes. Die troostten haar, en spraken haar moed in. Ze vonden het erg dat ze hen al die dagen in de steek gelaten had, maar ze was een echte vriendin, en echte vriendinnen moet je troosten vonden ze. Ze speelde weer elke dag met hen. Ze zag het eekhoorntje soms nog, dan wandelden ze samen tussen de bloemen, maar het werd nooit meer zoals voorheen.
Toch verkoos ze het eekhoorntje stiekem boven haar vriendinnetjes, ook al waren die zo lief voor haar. Want het eekhoorntje had haar dingen leren kennen die ze bij haar vriendinnetjes nooit zou gekend hebben. En daar was ze hem ongelooflijk dankbaar voor.