Op aanraden van Scimmia in 2 delen

e macht
I
Laurens de Ridder was op de bank in slaap gevallen. Het eerste wat hij zag toen hij zijn ogen opende, waren de twee lege flessen rode wijn. Gisteravond waren ze nog vol geweest.
Kreunend ging hij overeind zitten. Zijn lichaam voelde aan als lood, alles was pijnlijk en stijf. Waarom vergat hij steeds dat hij op zijn bank ontzettend beroerd sliep? Voorzichtig schudde hij zijn hoofd. Welke dag was het eigenlijk? Hij keek in de agenda die naast hem op een tafeltje lag. Zondag.
Hij knikte langzaam. Zondag, rustdag. Zondag, instructiedag. Ineens zag hij het leven een stuk rooskleuriger in. Het was zondag, de fijnste, mooiste dag van de week.
Toen Lika Klein in haar agenda keek, schrok ze zich halfdood. Nee, dat kon niet waar zijn! Ze keek nog een keer, maar het stond er echt: maandag 17 maart, wiskunderepetitie hoofdstuk 4. Wanneer was die opgegeven? Waarom was ze dat vergeten? Dit kon ze echt niet in één dag leren, dat lukte haar nooit. En ze stond al zo slecht voor wiskunde, verdorie.
Hè, ze had zich net zo verheugd op een vrije zondag, en nu bleek ineens dat ze morgen een repetitie zouden hebben.
Zuchtend pakte ze haar wiskundeboek. Als ze nu maar gelijk begon, viel het misschien wel mee. Lika was een ochtendmens, nu zou ze zich het best kunnen concentreren/
Een uur later schrok ze op doordat haar mobiele telefoon ging. Ze had hem eigenlijk altijd aanstaan, ook al werd ze nooit gebeld. Soms kreeg ze een smsje van haar vriendin Mayke, dat was het dan. “Met Lika Klein.” Het bleef even stil aan de andere kant van de lijn, alsof degene die haar belde moest nadenken over wie hij was. “Ja… Met Tom,” het was een onbekende stem. Lika vroeg zich af waarom deze man, want het was overduidelijk een mannenstem, haar belde. “Ik wou je alleen even waarschuwen,” vervolgde Tom. “Waarom dan?” zei Lika verbijsterd. Wat was dit in hemelsnaam voor een raar telefoontje? “Je moet altijd onthouden dat elke dag je laatste kan zijn,” daarna werd er opgehangen. Lika schudde haar hoofd, ze wist niet wat ze hiervan moest denken. Was het bedreiging? Nou nee, eerder een waarschuwing. Maar waarvoor dan, en hoe kwam die man aan haar nummer?
Ze zuchtte en probeerde zich opnieuw op haar wiskunde te controleren.
Pas bij het derde nummer was het raak geweest. Eerst had het slim geleken een mobiel nummer te nemen, omdat hij dan zeker wist dat hij telkens dezelfde persoon aan de lijn zou krijgen. Nu was hij daar minder zeker van. Hij wist nu immers niet of het meisje bij hem in de straat of aan de andere kant van Nederland woonde. Hoe moest hij daarachter komen?
Hij zuchtte en dacht nog eens terug aan het telefoongesprek. Had hij de goede dingen gezegd? Hoe had het meisje gereageerd? O lieve God, het was een meisje, of misschien een jonge vrouw. Kon dat eigenlijk wel, paste dat bij het plan? Hij knikte. “Jazeker,” zei hij hardop tegen zichzelf. “Meisjes zijn ook een soort van mensen.”
Laurens schrok op van de bel. Terwijl hij naar de deur liep, probeerde hij zich te herinneren wie het kon zijn. Had hij iemand uitgenodigd voor deze zondagavond? Toen hij de deur openzwaaide wist hij het weer. “Lucas, Miranda, leuk jullie weer eens te zien! Het is alweer lang geleden, hè?” hij glimlachte joviaal. Lucas en Miranda knikten tegelijkertijd, als het perfecte echtpaar. “We vinden het ook leuk om je weer te zien. Hoe is het nu met je?” Miranda was een lief, klein vrouwtje met lang, blond haar en te grote blauwe ogen in een hartvormig gezicht. Een tijd lang had Laurens haar aantrekkelijk gevonden, maar dat was voorbij sinds zij en Lucas het gelukkige stel gingen uithangen. “Het gaat steeds beter, hoor. Zeker nu ik weer druk ben met andere dingen en zo…,” hij zweeg en verslikte zich bijna toen Lucas hem op zijn rug sloeg. “Goed zo kerel, ik wist wel dat je het zou redden. Toch prettig dat je eindelijk over Karens dood heen bent. Ik bedoel… Het was heel akelig allemaal, maar er zijn nog meer vrouwen op de wereld, niet?” Laurens knikte. Ze hadden geen idee.
II
“En ik kwam er pas gisteren achter dat ik vanochtend een wiskunderepetitie had,” zuchtte Lika. Ze zat samen met Mayke op haar kamer, saampjes in de enige stoel die ze bezat. Een beetje krap, ze zaten half op elkaars schoot, maar dat vonden ze niet zo erg. “O jee,” leefde Mayke mee. “Hoe ging het?” “Slecht natuurlijk,” Lika glimlachte. “En hoe gaat het nou precies met jou?” “Goed, dat had ik toch al gezegd?” Mayke klonk een beetje verbaasd. “Nou ja, ik had het gevoel dat er iets met je was, maar ik kan me vergist hebben,” Lika keek haar vriendin aan. Mayke schudde haar hoofd. “Er is niets, hoor. Een beetje druk, misschien, ik moet mijn verjaardag ook nog vieren en zo.”
“Leuk toch juist,” vond Lika. Ze had het gevoel dat Mayke iets achterhield, maar had geen zin om te zeuren. “Eindelijk legaal bier kopen, hè meiske?” “En brommer rijden…,” Mayke lachte even. Ze wisten allebei dat Mayke dat nooit zou doen. “Maar ik ga weer, oké? Ik heb morgen ook nog een so van Engels,” ze wurmde zich uit de stoel en gaf Lika een snelle kus op haar mond. “Tot snel,” en toen was ze al weg. Lika haalde haar schouders op. Het zal wel aan haar liggen, haar fantasie sloeg zeker weer op hol. Er was vast niets speciaals aan de hand, dat had Mayke toch zelf gezegd?
Ze was net haar schooltas aan het inpakken toen haar mobiel weer ging. “Met Lika.” “Met Tom, ik was je nog iets vergeten te zeggen.” “Wat moet nu van me? Wie bent u?” Lika vond het vervelend dat ze ongevraagd werd gebeld. Dadelijk was het een of andere enge vent, je kon nooit weten. “Ik heet Tom, en ik wil je waarschuwen, oké? Elke dag kan je laatste zijn.” Lika voelde dat ze kwaad werd. Wat was dit, wat moest ze hiermee? “Probeer van niemand te houden, anders zullen ze het zwaar hebben als je komt te overlijden. Of jij lijdt omdat zij dood gaan, dat kan ook. En je wilt toch niemand pijn bezorgen, of wel? En zelf wil je natuurlijk ook geen pijn hebben, toch? Dus onthoud dat elke dag je laatste kan zijn.” “Dag Tom,” Lika drukte op het uitknopje. Waarschijnlijk was het een of andere gek die haar bang wou maken. Nou, dat zou hem in ieder geval niet lukken. Niet bij haar.
Hij keek verbaasd naar de hoorn die hij in zijn hand hield. Het was de bedoeling dat hij altijd als eerste ophing, maar ze was hem te snel af geweest. Was het wel slim geweest nog een keer te bellen? Ging hij niet te snel? Verdorie, het was allemaal een stuk lastiger dan hij zich had voorgesteld. Wat moest hij nu doen?
Wachten op instructies natuurlijk. Ja, zo gemakkelijk was het. Hij moest gewoon doen wat hem werd gevraagd, dan zou alles goed komen.
De week ging veel te langzaam voorbij voor Laurens. Hij verlangde naar het weekeinde. Zodra het vrijdagmiddag was zou hij zich opsluiten in zijn appartement en zich volgieten met wijn. Heerlijk, hij kon bijna niet wachten. In de weekeindes leefde hij, doordeweeks voelde hij zich een spook. Dan was alles zo saai. Gelukkig had hij voor vanavond Rutger, zijn oude schoolvriend, uitgenodigd. Dat zou zijn gedachten weer even afleiden. Hij zou weleens laten zien hoe goed het wel niet met hem ging. De wereld mocht merken dat Laurens de Ridder volkomen over de dood van zijn vriendin heen was.