Een begin van een verhaal. Moet ik er mee doorgaan of is het zonde van de tijd?

Zegt het maar..
“Ik háát het wanneer mannen zo kijken. Je loopt langs zo’n terrasje, en je weet wel, meteen al die blikken op je korte rokje. Ik bedoel, dat is niet de aandacht die je wilt hebben. Je gaat je meteen afvragen of je rokje niet iets té kort is voor dit weer. Bah.” Zegt Eileen. Eileen met haar mooie lange benen. Eileen met haar háren. Met haar zomerbruine haren met van die blonde lieve plukjes. En terwijl ze dat zo zit te zeggen wenkt ze trés charmant de ober naar haar toe. “Een Cola Light voor mij”,zegt ze. Ze kijkt me aan. De ober ook. “Ehh, oja. Doe maar een Palm-pje.”
En nog steeds kan ik bijna niet geloven dat ik hier, midden in Leeuwarden, op een veel te warme dag, en op een veel te druk terras met haar ‘gezellig iets zit te drinken’. Gisteravond, na het feestje bij Reggy, vroeg Eileen of ik morgen zin had om ‘gezellig iets te gaan drinken’. Waarschijnlijk vanwege het feit dat ik niet meer wist hoeveel Martini’s ik op had, zei ik “is goed”. Eigenlijk mag ik het me ook niet kwalijk nemen, ik bedoel, het is Eiléén. Elke jongen, (wat? elk mens!) zou dit hartstikke geweldig, opwindend, ego-boostend vinden. En eigenlijk was het ook een beetje te arrogant van mezelf om ook maar aan de kans te dénken dat ze meer bedoelde, meer verwachtte van het ‘gezellig iets te gaan drinken’.
Eileen kijkt op haar telefoon. Terwijl een wesp rond haar hoofd vliegt, en ze geïrriteerd met haar ene hand het beest probeert weg te slaan, leest ze aandachtig het smsje wat ze zojuist kreeg. “O, wat leuk! Daantje en haar vriendinnenhorde zijn ook in de stad. Zal ik ze smsen dat we hier zitten?” “Sure”, zeg ik opgelucht. Eileen is er vast achter dat er met mij toch niet zo ‘gezellig iets te drinken’ valt als met haar vriendinnen.
Gisteren heb ik het aan Mirjam verteld. Mirjam, mijn beste maatje sinds de tweede klas middelbare school, mocht het als eerste weten. Ach wat doe ik ook schijnheilig. Eigenlijk wil ik dat niemand het weet. Maar ik moést het wel aan iemand vertellen. Dit kon zo niet verder. En Mirjam wíst het, zei ze, al vanaf dat ik niet met Karen wou zoenen op vakantie met ons vriendengroepje op Terschelling, vorig jaar. “Volgens mij ben ik mijn hele leven al homo.”, zei ik haar. “Jah”, zei ze, “Maar dat kan ook best. Misschien ben je er nu pas achter.” “Jah.” Zei ik. En ik loog.
Wanneer ‘Daantje en haar vriendinnenhorde’, zoals Eileen De Meisjes Zonder Mening (volgens ons, de jongensdelegatie uit onze vriendengroep) denigrerend noemt, er zijn barst het vriendinnengeleut uit. Eigenlijk is het wel amuserend. Zoals jongens praten over meiden, seks, dj’s enzo, om er vervolgens stilletjes uit op te maken wie er nou het interessantste leven heeft, kunnen meiden het ook. “Denise heeft weer met Erik, geloof ik. Ik zag ze gisteren samen bij de film.” Volgens mij doen ze wie het sappigste verhaal heeft. Zou ik ooit ook zo’n sappig verhaal worden? Zouden ze dan ook zeggen: “ Ik wíst het gewoon. Toen hij vorig jaar Karen afwees, wist ik het. Wie wijst Karen nou af? Elke verstandige hetero-jongen in ieder geval niet.” ?