'Ik ga een gedicht schrijven over
alles wat ik denk.
Ik denk bomen, bloemen, geuren, kleuren;
hij.
Ik ga een gedicht schrijven over
Bomen, bloemen, geuren, kleuren;
hij.
Hij is een boom, een bloem, een geur, een kleur
en van alles de allermooiste, allerduurste
Hij is een geur, een kleur, een boom, een bloem
en van alles de allergrootste, allerzuurste.
Ik zou hem al mijn water geven, ook al was dat
nog zo duur.
Ik zou hem al mijn kwasten proeven ook al duurde dat
een uur.
Ik zou hem al mijn bloed en al mijn leven schenken
ook al was hij nog zo zuur.
|