Advertentie | |
|
![]() |
|
![]() |
Mja, ik vind 'de' en 'het' echt moeilijk, wanneer je gewoon van kleins af aan Nederlands leert, gaat dat wel vanzelf neem ik aan, dan wéét je gewoon wat het is.. Maar mijn vader spreekt echt ongelofelijk slecht Nederlands ('t is een spanjaard, dus ja) en nu zei hij vroeger vaak dingen als:'Ga jij de eten klaarmaken?' en tja, dat neem je dan gewoon over he... Gelukkig had ik ook mijn moeder, die wel nederlandse is, en zei verbeterde me vaak.. Maar toch, dat blijf ik een raar aspect vinden...
Waarom 'het eten' en 'de bal'? |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
|
![]() |
||
Citaat:
__________________
yupyup.
|
![]() |
||
Citaat:
Net zoiets als: 'hun zitten daar' ![]()
__________________
Ik ben als fee (zacht uitgedrukt) volledig en totaal mislukt
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
In het duits hebben ze daar soms regels voor maar ik zit me wel vaak af te vragen wat het moet zijn: helaas naats een boel regels ook een boel uitzonderingen Maar het is eigenlijk net als in het Duits, in het duits weet je ook niet wanneer het der, das of die is zoals je bij ons niet kan zien of het de of het moet zijn In het duits hebben je dan regels om te zien welk geslacht het is en dat kan bij ons niet |
![]() |
||
Citaat:
Voorbeeld: het werkwoord lopen. De p komt voor in het kofschip. Daarom krijgt lopen een t in de uitgang en wordt het hij loopt. Ander voorbeeld: worden. De d van worden komt niet voor in het kofschip. Worden krijgt dus in ieder geval een d in de uitgang. Ik word. En dan is er ook nog dt. Dit krijg je altijd in de 3e persoon enkelvoud (hij/zij/het) en in de 2e persoon enkelvoud (jij), als er tenminste een d in de stam van het werkwoord zit. Dus bij worden is de 1e pers.ev. ik word, de 2e pers.ev. is jij wordt en de 3e pers.ev hij wordt. Maar er zijn ook uitzonderingen. Wanneer je de volgende zin hebt: Waar loop jij? zie je dat er geen t achter loop komt, terwijl het wel een 2e pers.ev. is. Je zou kunnen denken dat dit aan het vraagwoord waar ligt, maar het is weer niet het geval bij de zin: Wanneer komt je zus? terwijl dat toch echt een vraagwoord is. Deze zelfde verschijnselen dienen zich aan bij werkwoorden als worden. Hoe je dit het makkelijkst kunt doen, is om in een zin waar je twijfelt, eerst het werkwoord lopen er voor in de plaats te zetten. Krijgt het werkwoord geen t, dan krijgt worden ook geen t. Krijgt het werkwoord wel een t, dan wordt de uitgang van worden dus dt. Duidelijker kon ik het niet uitleggen. ![]()
__________________
Hm... Larstig... ;)
|
![]() |
||
Citaat:
__________________
Aan de inhoud van de bovenstaande tekst kunnen geen rechten worden ontleend, tenzij dit expliciet in dit bericht is verwoord.
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
|
![]() |
||
Citaat:
'de x moet je als een ks rekenen, want je spreekt hem op die manier uit. En daarom wordt het dan ook een t, want de s zit in het kofschip.'
__________________
Ik ga links want ik moet rechts. En we gaan nog niet naar huis.
|
![]() |
||
Citaat:
de ; wordt vaak gebruikt bij twee zinnen die wel veel met elkaar te maken hebben, maar tóch twee afzonderlijke zinnen zijn. Ze zijn meestal ook niet echt bij elkaar te houden dmv een verbindingswoord. zoiets... ![]()
__________________
Ik ga links want ik moet rechts. En we gaan nog niet naar huis.
|
![]() |
||
Citaat:
en wat ik que nederlands echt niet vat is a ldat gedoe met bijzinnen: bijvoeglijk, verkeerd verkorte, enz enz...
__________________
I think that God in creating Man somewhat overestimated his ability.
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
Hij loopt lid (de stam is loop (lopen -en = lop, en dan komt er voor de uitspraak een 'o' bij, en dan krijg je loop), en daar staat hier dan een 't' achter. Of als het met een d zou zijn (zoals bij bijv. 'word lid') loop lid! of loopt lid! Bijna iedereen die toen hij/zij klein was Nederlands heeft geleerd, weet dat de eerste goed is, omdat dat gewoon goed klinkt (vaag idd). als de stam al op een 'd' eindigt, zoals bij bijv. antwoorden (de stam is antwoord (antwoorden - en = antwoord)), dan krijg je bij de hij-vorm: Hij antwoordt de d stond er al, dat is nog van de stam. De t is de uitgang, die plak je er aan vast. Vervang dus de pv door een vorm van lopen, kijk wat er achter de stam staat, en vul dat in achter de stam van de oorspronkelijke pv die je wilde neerzetten. Bij sommige voltooide deelwoorden (present perfect, of perfectum) krijg je of een 't'. of een 'd' op het eind. Zoals bij: Gemaakt Genoemd Het klinkt op deze manier precies hetzelfde. Om te horen of het 'd' of 't' moet zijn, moet je het langer maken; Dan maak je er een bijvoeglijk voltooid deelwoord van. Dat kunnen de volgende zijn: Gemaakte (goed) Gemaakde (harstikke fout, dat klinkt gewoon niet.) Genoemde (goed) Genoemte (harstikke fout, wederom geldt: Dat klinkt niet) Je hebt hier dus taalgevoel voor nodig, je moet door dat te kunnen horen erachter komen dat het zo is (of je moet het gewoon weten, door ervaring, veel spreken, luisteren, lezen, enz.), anders zul je het gewoon moeten leren (net als de meeste Nederlanders alle voltooide deelwoorden in andere talen moeten leren). |
![]() |
||
Citaat:
ontopic: ik heb niet echt iets wat ik nou heel moeilijk vind, t gaat mij redelijk goed af ![]()
__________________
I hope to see my friend, and shake his hand. I hope the Pacific is as blue as it has been in my dreams. I hope.
|
![]() |
|
Loopt daarheen! is overigens wel goed als het een gebiedende wijs (imperativus) meervoud (pluralis, voor perseus).
Daarbij vind ik persoonlijk de vervoeging van vernederlandste Engelse werkwoorden lastig. Neem bijv. 'deleten'. De stam is: delete (met een e omdat anders de uitspraak veranderd). De verleden tijd wordt dan: Zij deletete dat bestand. De voltooide tijd wordt dan: Het gedeletete bestand. Dat zijn dus vrij bizarre schriftbeelden. Verder vind ik het altijd leuk, ook al is het een beetje mierenneukerij (vergeef me dit woord op -erij), om mensen te verbeteren als bij de/het gedacht wordt: iedereen zegt het zo, dus zal het wel zo zijn. Niet dus! Woorden op -erij zijn vrouwelijk! Dus het is niet 'het schilderij', maar 'de schilderij'. Ook is het bijv. 'de idee' en niet 'het idee'. |
![]() |
||
Citaat:
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|
![]() |
|
Verwijderd
|
idee ideeën 1 het, de; o en v het beeld dat de geest zich van iets heeft gevormd: de marxistische ~ 2 het; o in de geest gevormde voorstelling; denkbeeld: hij houdt er rare ~ën op na; geen ~! ik weet het niet 3 het; o mening 4 het; o inval, plan
Dus in de betekenis van (1) is zowel 'de' als 'het' mogelijk, in de betekenissen (2), (3) en (4) alleen 'het'. En dit topic komt uit 2002, dus hij gaat op slot ![]() |
Advertentie |
|
![]() |
|
|
![]() |
||||
Forum | Topic | Reacties | Laatste bericht | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
Nederlands artikel nakijken vltn | 1 | 26-03-2015 17:44 | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
nederlands -> frans joeri vdm | 1 | 20-05-2010 16:11 | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
Nederlands grammatica lil nora xx | 21 | 17-07-2009 14:18 | |
Algemene schoolzaken |
Interview! doe mee!(hoger onderwijs) Karly | 44 | 27-02-2005 09:38 | |
Studeren |
Rechten Studie Right | 212 | 28-11-2004 22:17 | |
Vrije tijd |
[QUIZ] De Moeilijkste Quiz Martjin | 22 | 15-07-2004 12:58 |