Als f een functie is van x moet de afgeleide ook een functie van x zijn. Als je f(x) = (1-√p)³ schrijft, dan is (1-√p)³ een constant getal, dus zou de afgeleide van f nul moeten zijn.
Als f echter een functie is van p, dus als f(p) = (1-√p)³, dan vind je met behulp van de kettingregel het antwoord dat Padzorz gaf. In dat geval staat er dus een fout in je antwoordenboek, iets waar antwoordenboeken overigens berucht om blijken te zijn. Een goede raad is dan ook om nooit blindelings op een antwoordenboek te vertrouwen.
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|