Tja, om even aan zelfkritiek te doen: eigenlijk vind ik het maar een zwak gedicht. Het is misschien te direct... hoewel er ook een klein addertje onder het gras van deze woorden zit. Want wat is de 'ik' in dit verhaal? Geen mens, nee, want die kan niet vliegen. Ook geen vlinder, want die zoekt geen grot om een winterslaap te houden. Ook geen vleermuis, want die kan niet op een vinger komen zitten. Ik denk dat 'ik' de liefde is die wakker werd in de zomer en tam op de vinger komt zitten: ze of hij heeft de liefde in haar macht. In de winter vind de dichter(es) de liefde niet, maar die komt altijd terug. Bovendien zijn winter en zomer niet de echte seizoenen: ze zijn gemoedstoestanden. Er is een periode in het leven waarin de liefde opfladdert, en een aantal dagen later is ze weer weg. Maar de liefde wacht op ons vol spanning in een grot, de liefde komt terug.
Groetjes, Dreampoet
__________________
Teo Torriatte Konomama Iko
|