Mijn broertje blijft maar in zichzelf praten over zombies. "Haaa, bitchhh. Ooo! Hij is kwijt! Waar is hij nou... mijn zombie! Zomaar kwijt! Heb jij dat ook wel eens, dat je zombie kwijt is? O daar. Ohja, hij was wit en de achtergrond ook, misschien kwam het daardoor." Korte stilte. "Ahhh, het is wel een zielige zombie hoor. Want hij heeft helemaal geen vriendjes en ze zijn allemaal heel gemeen tegen hem. Enzo. Tududuudududdudu. Oooo!" Stilte waarin hij gefascineerd naar zijn scherm staart. "Oehoehoe! Wat een gave zombie! Hoehoehoe, ik ben gewoon bang voor mijn eigen zombie. Ahhaaa... dan mag jij gaan vliegen. Hohoho dit is gaaf, hij kan vliegen! Haha. En ik zal hem eens vriendjes geven...
Let's take a walk away from..." Peinst en besluit dat hij /care heeft aan grammatica, "my. Kijk, een beest! O, nu loopt hij wel heel makkelijk weg. Dus wat gaan we doen? We gaan onze vriend iets minder laten vliegen!"
Hij maakt een game over zombies, geloof ik.