| Advertentie | |
|
|
|
|
|
||
Verwijderd
|
Citaat:
|
|
|
|
|
|
Vraag 12:
Je weet de reactieproducten van de reacite; CO2, SO2, NH4(+), H2O Je weet dat er een reactie plaatsvindt tussen zwavelzuur (H2SO4) en amino-ethaanzuur (C2H5O2N) Binas tabel 48: SO4(2-) + 4 H(+) + 2e- --> SO2 + 2 H2O Ik neem aan dat je dit nog snapt? Nu heb je in ieder geval al die SO2 & H2O laten ontstaan, dit is dan ook 1 halfvergelijking.. De andere halfvergelijking moet je zelf opstellen. C2H5O2N + ? --> iig NH4+ & CO2 (Snap je het tot dusver?) |
|
|
|
||
Verwijderd
|
Citaat:
... maar die 2e halfreactie die is het moeilijkst. Wat ik wel snap is dat die 2e een reductor moet zijn (toch??). Trouwensmoet bij die 1e halfreactie niet H2SO4 staan? Of is SO4 voldoende?
|
|
|
|
||
|
Citaat:
|
||
|
|
||
|
Citaat:
Er moet dus een stofje bij waar O's & H's inzitten; H2O Dan wordt het dus: C2H5O2N + H20 --> iig NH4+ & CO2 Nu ga je kijken om een kloppende reactie te krijgen. Eerst probeer je of 1 C2H5O2N genoeg is. Dan zou er 2 CO2 ontstaan (want dan heb je tenslotte 2 C's ), maar er moeten dan 2 O's bij, in plaats van 1 die over is bij de H2O, you see? Dus: 2 H2O Nu heb je dus al: C2H5O2N + 2 H20 -> NH4+ + 2 CO2 OKe, dan gaan we naar NH4+ kijken. NH4+ heeft 1 N nodig, die is er. Hij heeft 4 H's nodig, die zijn er ook voldoende. Er zijn nu zelfs 5 H+ over...! Dus de halfreactie wordt: C2H5O2N + 2 H2O -> NH4+ + 2 CO2 + 5 H+ + 6e- (Die 6e- omdat de lading rechts 6+ is (bij de NH4 1 + en bij de H 5+...) Snap je het zo tot nu toe? |
||
|
|
||
Verwijderd
|
Citaat:
; ik snap het
|
|
|
|
||
|
Citaat:
![]() 13 vidn ik zelf ook erg moeilijk Dus die kan misschien beter iemand anders uitleggen.. met het antwoordmodel snap ik hem wel, maar ik zou er zelf nooit opkomen..
|
||
|
|
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() THNX voor deze vraag |
|
|
|
||
Verwijderd
|
Citaat:
dat wordt nog iets op mijn examen
|
|
|
|