Ik ben nu bezig met een inhaalproefwerk over chemisch rekenen, en snap er weinig van. Nu heb ik weer zo'n leuke actie van het boek gevonden.
Er staat dat de volgende zouten in water worden opgelost.
Geef steeds de reactievergelijking en leg aan de hand daarvan uit hoeveel mol van welke ionsoorten in de oplossing aanwezig is.
Dat is wel te doen zou je zeggen:
Maar nu kom ik bij eentje die ik niet snap.
3,8 mg aluminiumsulfaat moet worden opgelost.
Ik dacht dat dat dus Al
2SO
4 was, waardoor de chemische hoeveelheid iets van 150,025 per mol was. Per 3mg dus minder
Maar nu komt het antwoorden boek met het antwoord waarin staat dat aluminiumsulfaat de formule Al
2(SO
4)3 heeft !!!
Waar komt die hele 3 vandaan?