f(x) = g(x).(x+1)(x-2) + ax + b
We willen weten wat de rest is als we delen door (x+1)
g(x).(x+1)(x-2) is een veelvoud van (x+1), dus dat levert als rest 0.
Dus we willen weten wat de rest is als we ax+b delen door x+1.
We weten, dat a.(x+1) = ax+a.
Dus als we nu ax+b schrijfen als ax+a - a + b, zien we dat de rest gelijk moest zijn aan -a+b.
Maar we wisten al dat de rest 6 was.
Dus:
-a + b = 6
--------------------
Als je zelf nu aan de slag gaat met de rest van f bij deling door x-2, levert je dat een tweede vergelijking in a en b.
En dan heb je dus gewoon (een stelsel van) twee vergelijkingen met twee onbekenden.
|